7.- ONDERHOUD STROOMAGGREGAAT
Zorg dat er alleen door gekwalificeerd personeel onderhoud wordt uitgevoerd en dat deze personen de
voorgeschreven persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken.
7.1.- VÓÓR HET ONDERHOUD
Dient u eerst:
• De control module in de STOP stand te zetten.
• De noodstop in te drukken.
• De massa pick om te zetten.
7.2.- TIJDENS ONDERHOUD
Preventief onderhoud is nodig voor het behoud van uw machine en resulteert in de beste prestatie.
Zorg dat u de volgende punten controleert:
1)
Als de motor koud is, dient het olieniveau tussen de minimum en maximum te staan. Indien het onder het
minimum staat dient u motorolie bij te vullen.
NB: Met de GPM-2 en InteliGen modules zal na 50 uur aangegeven worden olie te wisselen. De aanbevolen olie is
15W40.
2)
Radiator water niveau dient afdoende te zijn.
3)
Het brandstoftankniveau dient voldoende te zijn voor het werk. Het generator controle panel is uitgevoerd met een
brandstofniveaumeter, welke in bedrijf is als het electrisch paneel stroom krijgt.
4)
Tank altijd brandstof in een goed geventileerde ruimte en met de motor stil.
5)
Inspecteer de aansluitingen en het elektrisch circuit goed, zowel mechanisch als elektrisch.
6)
Kijk goed of er nergens lekkage is en zo ja los dan eerst het lekkage probleem op.
7)
De lucht in- en uitlaatrooster mogen niet geblokkeerd zijn vanwege de noodzakelijke vrije circulatie van koellucht.
8)
Controleer de accu aansluitingen en het electrolyte niveau (indien nodig, vul gedeminiraliseerd or gedistilleerd water toe).
Voeg nooit zuur toe. De accu dient opgeladen te worden als het voltage onder 12.3V is.
9)
Als de accu moet worden opgeladen nadat deze uit de machine is gehaald, verwijder dan de poolkapjes en laadt de accu
met gelijkstroom. Bevestig de plus (+) kabel van de lader aan de plus (+) van de accu en de min (-) kabel aan de min (-) van
de accu. Laadt de accu op met een stroom gelijk aan 1/10 van de nominale capaciteit (Ah). De accu is geheel opgeladen
als de zuur dichtheid 1.28 is. Alvorens de accu los te koppelen, dient u eerst de lader uit te schakelen en het electrolyte
niveau te controleren.
10)
Als de accu leeg is en u wilt de set vanaf een andere machine starten, controleer dan eerst de bevestiging van de polen
van de lege accu. Stop de motoren van beide sets en bevestig eerst de twee positieve aansluitingen van de accu's en koppel
dan de negatieve aansluiting van de opgeladen accu aan een metalen deel op de te starten set (aarden).
Start eerst de set met opgeladen accu en dan pas de andere. Ontkoppel de kabels in omgekeerde volgorde om kortsluiting te voorkomen.
Tenslotte laat u de accu geheel opladen.
11)
Een geinstalleerd brandstoffilter (Separ filter) betekent dat de gebruiker regelmatig de hoeveelheid water in het filter moet
controleren en drainen. Hou het transparante opvangbakje in de gaten om te weten wanneer het water afgetapt moet worden.
Als het filter er slecht uit ziet, dient dit vervangen te worden.
12)
De olieaftap pomp vergemakkelijkt aftappen en kost minder tijd.
13)
De brandstoftank is voorzien van een inspectieluik voor snelle toegankelijkheid.Een veiligheidsklep verhindert
dat brandstof door de vulopening op het baseframe gezogen kan worden.
14)
The radiator kunt u via de base frame uitgang aftappen.
15)
Voor onderhoud aan de omkasting, wordt aanbevolen deze regelmatig te reinigen omde opbouw van vuil te voor-
komen. De gegalvaniseerde omkasting beschermt tegen corrosie en roest.
NB: Tijdens onderhoudswerk wordt aanbevolen om oogbescherming en handschoenen te dragen bij
werkzaamheden met accuzuur.
NB: Neem altijd de nodige voorzorg- en veiligheidsmaatregelen in acht zoals beschreven in deze handleiding.
Wees extra voorzichtig voor kortsluiting die veroorzaakt kan worden door in contact te komen met metalen machinedelen.
44
44