BEDIE N I NG VAN KO OKPL AAT
Bediening van fornuis
I NDIC AT OR E N B E D I E NINGSPANE EL
BE D IE N IN G
T OUCHPA D
INDICATOR
Vergrendeling van
bedieningspaneel
Element(en) aan
Alle elementen uitschakelen
Heet oppervlak
Aan/Uit
Timer ingesteld
Smelten
Sudderen
Hoog
Boostmodus
Koppeling van voren
naar achteren
Koppeling naast elkaar
Koppeling voor alle richtingen
VE RGREN DE LING BEDIEN INGS PA NEEL
De vergrendelingsfunctie zorgt ervoor dat de kookplaat
niet ongewild in werking treedt. Houd
drie seconden
ingedrukt om het bedieningspaneel te vergrendelen en
te ontgrendelen.
brandt als het bedieningspaneel is
vergrendeld.
Het bedieningspaneel wordt na 10 minuten inactiviteit
automatisch vergrendeld. Deze automatische vergrende-
lingsfunctie kan worden uitgeschakeld via het uitgebreide
optiemenu. Zie pagina 8.
Als het apparaat voor het eerst wordt ingeschakeld en ook
na een stroomstoring treedt de kookplaat standaard in
vergrendelingsmodus.
VE R MO GE NS IN DIC AT OR
Wanneer een verwarmingselement wordt ingeschakeld, gaat
een stroomindicator boven de bijbehorende bedienings-
knop branden om de hoeveelheid warmte aan te geven.
De laagste hitte wordt aangegeven door de kleine vlam,
opeenvolgende warmteniveaus door aanvullende indica-
toren (punten), en de hoogste warmte door alle indicatoren,
inclusief de grote vlam. Zie de tabel hieronder.
I NS T E L L I NG
VER MO G EN
GEB R U I K
Smelten
1 (kleine vlam)
Smelten van boter, chocolade
indicator
vloeibaar houden en sauzen.
Sudderen
2–6 indicatoren
Sudderende sauzen en rijst
stomen.
Medium
6-7 indicatoren
Voor Franse toast en pannen-
koeken, het verwarmen van
melk, room, sauzen, soepen
en jus.
Middelhoog
7-8 indicatoren
Fruiten, bruinen en frituren.
Hoog
8–10 (grote vlam)
Water koken, vlees dicht-
indicatoren
schroeien, inblikken.
E NK E L EL EME NT E N B IN NE N STE Z ON E
Instellen van bedieningselementen:
Om een verwarmingselement in te schakelen, tik op
1
op het bedieningspaneel voor het gewenste enkel-ele-
ment. De stroomindicator knippert en alle indicatoren
voor die zone knipperen.
Om de activering te voltooien, tik op
voor de
2
hoogste verwarming, op
voor de laagste verwarming,
om boostmodus te activeren of tik op de gewenste
stroomindicator.
Om de warmte-instelling te wijzigen terwijl het ele-
3
ment aan staat, tik of schuif naar het gewenste
vermogensniveau.
Om het element uit te schakelen, tik op
.
4
BELANGRIJK:
Als er na activering geen pan of geen
geschikte pan op een inductie-element wordt geplaatst,
knippert het bedieningslampje 30 seconden waarna het
element automatisch wordt uitgeschakeld.
B OO STMOD US
In boostmodus wordt de stroom naar het ene element ver-
hoogd door de stroom naar een aangrenzend element om te
leiden. Als het aangrenzende element hoog staat, wordt het
uitgangsvermogen gereduceerd. De stroomreductie wordt
weergegeven op de stroomindicator van het aangrenzende
element.
brandt als een element in boostmodus is.
Boostmodus wordt na ongeveer 15 minuten continue wer-
king automatisch gedeactiveerd en kan eventueel opnieuw
worden geactiveerd.
wolfappliance.com
|
7