Inhoudsopgave
Advertenties
I – 3 Specifieke draaibewerkingen
Deze sectie behandelt de bewerkingen en de softkeyfuncties die
alleen van toepassing zijn bij het draaien.
Beschrijving van de softkeyfuncties
Symbool functies softkey Gereedschap
Het symbool Ø wordt gebruikt om aan te geven dat de weergegeven
waarde een diameterwaarde is. Wanneer geen symbool wordt
weergegeven, is de weergegeven waarde een radiuswaarde.
Softkey Gereedschap
De Wizard 550 kan de verstellingsmaten voor maximaal 16
gereedschappen opslaan. Wanneer u een werkstuk wijzigt en een
nieuw nulpunt vastlegt, krijgen alle gereedschappen automatisch een
referentiewaarde vanuit het nieuwe nulpunt.
Voordat u een gereedschap kunt gebruiken, moet u de correctie ervan
(de snijkantpositie) invoeren. Gereedschapsverstellingen kunnen
worden ingesteld met de functies GEREEDSCHAP/INSTELLEN of AS
BLOKKEREN. Zie de volgende voorbeelden voor instructies voor
Gereedschapsverstelling (Zie Fig. I.21).
Instellen van gereedschapsverstellingen Voorbeeld 1: met
GEREEDSCHAP/INSTELLEN
De bewerking GEREEDSCHAP/INSTELLEN kan worden gebruikt voor
het instellen van de gereedschapsverstelling als de diameter van het
werkstuk bekend is. Raak de bekende diameter op de X-as aan. Druk
op de softkey GEREEDSCHAP. Blader naar het gewenste gereedschap.
Druk op de toets ENTER. Selecteer de astoets (X).
Voer de positie in van de gereedschapspunt, bijvoorbeeld X= ,100.
Vergeet niet er voor te zorgen dat de Wizard 550 zich in de
diameterweergave (Ø) bevindt, wanneer een diameterwaarde wordt
ingevoerd. Raak het werkstukvlak met het gereedschap aan. Ga met
de cursor naar de Z-as. Zet de positiewaarde voor de
gereedschapspunt op nul, Z=0. Druk op ENTER.
Wizard 550
Fig. I.21 Gereedschapstabel voor het draaien
Fig. I.22
17
Advertenties
Inhoudsopgave
