Elektrische aansluiting
De elektrische bedrading van de
regelaar wordt op de klemmenstrook
met schroefklemmen aangesloten.
Op elke klem kunnen maximaal 3 aders
van max. 1,5 mm
2
De klemmenstroken voor zwak- en
sterkstroom zijn verschillend en kunnen
hierdoor onderling niet worden
verwisseld.
Sterkstroom aansluitingen (klemmen 13 - 24)
Fase (L)
Nul (N)
Circulatiepomp
Omkeerbare servomotor AMV, AMB
Boilerpomp
- P4 of verdeelafsluiter
Circulatiepomp
Circulatiepomp
Ketel
Leidingdoorsnede: 0,75 - 1,5 mm
Maximum lengte: 50 m
Zekering
Om beschadiging van contacten en printplaat te voorkomen dient een smelt-
veiligheid 10 A (T) te worden toegepast in de aansluiting naar klem 14.
Zwakstroom aansluitingen (klemmen 1 - 12)
De montage van de temperatuuropnemers en de afstandsbediening wordt in de
desbetreffende instructies beschreven.
Op een ECL 9500 en ECL 9550 dienen de volgende Pt 1000-opnemers te worden
aangesloten:
Buitentemperatuuropnemer
Aanvoertemperatuuropnemer
Keteltemperatuuropnemer
Boilertemperatuuropnemer (alleen 9550)
Met deze opnemers kan een
ECL 9500/9550 de boilertemperatuur
(alleen 9550) regelen, alsmede de
aanvoertemperatuur in het ketel- en het
cv-circuit op basis van de buiten-
temperatuur.
4
worden aangesloten.
- P2
- P1
- P3
2
VI.76.T2.10 © Danfoss 11/92
Klem
14
13
18
8 (2) A 250 V a.c.
dicht 16
8 (2) A 250 V a.c.
open 17
8 (2) A 250 V a.c.
20
8 (2) A 250 V a.c.
22
8 (2) A 250 V a.c.
18
8 (2) A 250 V a.c.
24
8 (2) A 250 V a.c.
Type
ESMT
ESMA/C/U
ESMA/C/U
ESMB/U
Belasting
-
-
Klem
11-12
10-11
8-9
7-9
BC-HM