[AFSPELEN] functie:
Bewegende beelden terugspelen/Beelden met geluid
Selecteer bewegend beeld [
af te spelen.
A De tijd voor opnamen van bewegende beelden
B Bewegend beeldicoon
•
Nadat het afspelen start, wordt de verstreken afspeeltijd rechts
bovenaan het scherm afgebeeld.
Bijvoorbeeld, 8 minuten en 30 seconden wordt afgebeeld als
[8m30s].
∫ Operaties die uitgevoerd worden tijdens terugspelen van
bewegend beeld
1
Geef bedieningspaneel weer door het scherm aan te raken.
•
Als er 2 seconden lang geen operatie uitgevoerd wordt, zal deze terugkeren naar zijn
originele status.
2
Bedieningspaneel hanteren door aan te raken.
A
B
t
j
E
Selecteer stilstand beeld met geluid [
aan om af te spelen
A Stilstaand beeld met geluidsicoon
•
Lees [AUDIO OPNAME]
informatie over hoe u niet bewegende opnamen maakt met geluid.
Aantekening
•
U kunt het geluid horen uit de speaker. Lees [VOLUME]
volume regelt in het [SET-UP] menu.
•
Het formaat dat met dit toestel teruggespeeld kan worden is QuickTime Motion JPEG.
•
Vergeet niet dat het programma Quick Time meegeleverd wordt om bestanden van bewegende
beelden die gemaakt zijn met het toestel terug te spelen op een PC.
•
Sommige QuickTime Motion JPEG-bestanden die opgenomen zijn met een PC of andere
apparatuur kunnen niet met dit toestel teruggespeeld worden.
•
Als u bewegende beelden terugspeelt die opgenomen zijn met andere apparatuur kan de
beeldkwaliteit slechter worden of kunnen de opnamen niet teruggespeeld worden.
•
Met een hoge-vermogenskaart is het mogelijk dat de snel-achteruitterugspoelfunctie
langzamer dan normaal gaat.
Gevorderd (Terugspelen)
¸
Bewegende beelden
] en raak [
A Snel terugspoelen, Frame-per-frame terugspoelen
C
D
B Spelen/Pauze
C Snel verder spoelen, Frame-per-frame verder
D Stop
u
E Volumeniveau reduceren
i
F Volumeniveau verhogen
¢ Deze operaties kunnen alleen uitgevoerd worden in
F
Beelden met geluid
(P100)
en [AUDIO DUB.]
] aan om
¢
spoelen
de pauzefunctie.
] en raak [
(P127)
voor
(P30)
- 116 -
B
]
A
voor informatie over hoe u het
A
¢