Inhoudsopgave
Advertenties
DMC-TZ30 DMC-TZ31
■
De locatie-informatie van een ander beeld ter referentie gebruiken
Selecteer met de cursortoets [Andere foto gebruiken] en druk op [MENU/SET]
Selecteer met de cursortoets een beeld dat als referentie voor de opnamelocatie kan
worden gebruikt en druk op [MENU/SET].
Er verschijnt een kaart met in het midden de locatie die voor het beeld is vastgelegd.
Ga op de kaart naar de nieuwe locatie die u op het beeld wilt vastleggen en druk op
[MENU/SET]
• Kaartbewerkingen (→146)
• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Selecteer [Ja] om de locatie-informatie te
overschrijven.
■
De bewerkte locatie-informatie toepassen op andere beelden
Selecteer met de cursortoets [Herhalen] en druk op [MENU/SET]
De locatie-informatie die het meest recent is bewerkt, wordt weergegeven.
• Er verschijnt een verzoek om bevestiging. Selecteer [Ja] om de locatie-informatie te
overschrijven.
●
De locatie-informatie van een positie die op de kaart is aangegeven, kan afwijken van
de daadwerkelijke breedte- en lengtegraadcoördinaten.
●
U kunt geen beelden bewerken die zijn genomen met een digitale camera van
Panasonic (LUMIX) met GPS-opnameondersteuning van vóór 2010.
U kunt de naam bewerken van plaatsen of herkenningspunten die zijn vastgelegd op een beeld.
Druk op [MENU/SET]
Selecteer met de cursortoets het menu [Afspelen] of het menu
[Kaart] en druk op [MENU/SET]
Selecteer met de cursortoets [GPS-data bewerken] en druk op
[MENU/SET]
Selecteer met de cursortoets een beeld en druk op
[MENU/SET]
Selecteer met de cursortoets [Plaatsnaam bewerken] en druk
op [MENU/SET]
Selecteer met de cursortoets een bewerkingsmethode en druk
op [MENU/SET]
[Plaatsnaam bewerken]
- 138 -
De vastgelegde GPS-informatie wijzigen
Advertenties
Inhoudsopgave
