Inhoudsopgave
Advertenties
Gebruikersinstellingen
Nr.
Modus
9
Autom.
groepsort.
6 Beheerdertoepassingen
❖ Gebruikerscodes
Wanneer er gebruikerscodes zijn ingesteld, moet iedere gebruiker zijn eigen gebruikerscode
invoeren om het apparaat te kunnen bedienen. Het apparaat houdt bij hoeveel masters en
afdrukken er per gebruikerscode worden gemaakt. Zie "3 Gebruikercodes beheer" hieron-
der.
1
Weergave teller(s)
5
2
Teller(s) wissen
3
Gebruikercode be-
heer
4
Sleutelteller aan-
passen
5
Gebruikerstools
Protect
6
Gebr.Tools Protect-
WW
114
Omschrijving
In de groepsmodus stopt het apparaat na voltooiing van een af-
druktaak voor een groep. Als u Autom. groepsort. kiest, gaat het
apparaat na 2 seconden verder met de volgende afdruktaak voor
een groep.
Opmerking
❒ Standaard: Normaal
Hier kunt u het aantal gemaakte masters en kopieën per gebrui-
kerscode controleren.
Hier kunt u de tellers van één of van alle gebruikerscode(s) wis-
sen.
Verwijzing
Voor informatie over het wissen van aantallen masters en
kopieën, zie Pag.118 "De teller wissen".
Hier kunt u aangeven of er gebruik moet worden gemaakt van
gebruikerscodes.
Opmerking
❒ Standaard: Niet gebruiken
De optionele sleutelteller telt gewoonlijk het aantal afdrukken
ongeacht het aantal gebruikte masters. U kunt echter telkens
wanneer er een nieuwe master wordt gebruikt een waarde tus-
sen 0 en 50 optellen bij de sleutelteller.
Opmerking
❒ Standaard: 0 keer
❒ Waardes voor aanpassen: 0–50
Zorg dat behalve de systeembeheerder niemand toegang kan
krijgen tot het beginmenu (Gebruikersintellingen).
Opmerking
❒ Standaard: Uit
Specificeer een viercijferig wachtwoord voor het instellen van
Gebruikerstools Protect.
Advertenties
Inhoudsopgave
