5
Installeren
Zorg ervoor dat het aggregaat is veiliggeschakeld, voordat u het aggregaat installeert. Zet
hiervoor de accuschakelaar in de stand UIT (verticaal).
5.1
Hoofdstroomkabels aansluiten
De hoofdstroomkabels kunnen worden aangesloten door middel van een stekkerverbinding of een
kabeloog boutverbinding.
Stekkerverbinding
5.1.1
Stekkerverbinding aansluiten
• Alleen bevoegde personen mogen het aggregaat elektrisch aansluiten (let op de
wettelijke voorschriften).
• Schakel het aggregaat veilig voordat begonnen wordt met aansluiten.
• Controleer of er spanning op de hoofdstroomkabels staat. Er kan spanning retour
geleverd worden vanuit een externe bron.
Het aggregaat heeft een rechts draaiveld.
De stekkers (Powerlocks) zijn voorzien zijn van een codering. De codering en de vorm van
de stekkers komen overeen met de bijbehorende aansluitpunten in het aggregaat. Verkeerd
aansluiten is daardoor onmogelijk.
Kabeloog boutverbinding
Installeren
31