SILENT 12000H
5.5 Display (fig. 12 rif. 5)
Op
het
display
bedieningsknop van de thermostaat (fig. 12
ref.
2)
Ingestelde
weergegeven.
Op het display wordt de met de
bedieningsknop van de thermostaat (fig. 12
ref.
2)
Ingestelde
weergegeven.
5.6 Instelling van de ventilatiesnelheid
Druk op de keuzeknop van de
ventilatorsnelheid (fig. 12 ref. 1).
Als er één keer op gedrukt wordt, wordt de
ingestelde ventilatiesnelheid op het display
weergegeven: deze wordt enkele seconden
weergegeven, daarna gaat de weergave weer
terug naar de omgevingstemperatuur (TA).
Als er meerdere keren op de knop gedrukt
wordt, dan wordt de ventilatiesnelheid volgens
de hieronder aangegeven cyclus veranderd:
wordt
de
met
temperatuur
(SET)
temperatuur
(SET)
NL
waarbij FI1, FI2 en FI3 de 3 vaste snelheden
de
zijn en AUT de automatische snelheid. Met
name geeft FI1 de laagste snelheid aan, FI de
gemiddelde snelheid en FI3 de hoogste
snelheid. Als de thermostaat dus op één van
de hierboven vermelde snelheden ingesteld
wordt zal hij de ventilator indien nodig altijd op
dezelfde snelheid in werking stellen. Indien de
automatische snelheid ingesteld is dan zal het
bedieningspaneel (fig. 12) automatisch de
beste luchtsnelheid kiezen op basis van de
ingestelde temperatuur en de temperatuur in
het voertuig.
5.7 Thermostaat (fig. 12 ref. 2)
Door aan de bedieningsknop te draaien wordt
de gewenste temperatuur op het display
ingesteld.
INFORMATIE
(fig. 12) is de AUTOMATISCHE regeling
van
de
temperatuur
mogelijk.
temperatuur van 25° C instellen dan brengt
de airconditioner koude lucht voort zolang
de omgevingstemperatuur in het voertuig
hoger is dan de ingestelde waarde (25° C).
Als
de
temperatuur
(omgevingstemperatuur) lager is dan de
ingestelde waarde (25° C) dan stelt de
airconditioner
verwarmingsapparaat in werking en wordt
er warme lucht voortgebracht..
LET OP
thermostaat
gebruiken. Als u namelijk een veel lagere
temperatuur (lager dan 8° C) ten opzichte
van de buitentemperatuur instelt dan loopt
u het risico dat dit schadelijk is voor uw
eigen gezondheid (verkoudheid enz.) en is
het stroomverbruik groter.
12
Met het bedieningspaneel
in
het
Als
wij
bijvoorbeeld
in
het
het
ingebouwde
Het is erg belangrijk om de
op
de
juiste
voertuig
een
voertuig
manier
te