Bediening van de Tango+
Het uitvoeren van een bloeddrukmeting
1. De Tango+ heeft een ECG-signaal nodig om een meting te kunnen
uitvoeren.
• Voor Tango+-monitoren die gekoppeld zijn aan een stress-ECG-
systeem: zorg ervoor dat de ECG-aansluitpunten van het stress-ECG-
systeem op de juiste manier zijn voorbereid en sluit de elektroden aan
op de patiënt.
• Voor Tango+-monitoren met de interne ECG-optie: bereid de 3 ECG-
elektrodeplaatsen RL, V2, en V6 voor en sluit de elektroden aan op de
patiënt (afbeelding 9).
2. Plaats de Orbit-K-manchet om de arm van de patiënt.
• Zorg ervoor dat de manchet goed wordt aangebracht om betrouwbare
en nauwkeurige bloeddrukmetingen te kunnen verrichten.
3. Zorg ervoor dat op de monitor een stabiele hartslag wordt
weergegeven.
• Op de monitor moet een stabiele hartslag worden weergegeven om de
Tango+ in staat te stellen een nauwkeurige meetwaarde te verkrijgen.
• Als er op de monitor geen hartslag wordt weergegeven of als
de hartslag onregelmatig is, raadpleeg dan de informatie bij het
statusbericht NO ECG DETECTED (Geen ECG waargenomen) in het
onderdeel Tips & Probleemoplossing in deze handleiding (pagina 24).
Afbeelding 9: ECG-aansluitpunten
o
Zorg ervoor dat elke elektrode op een benig gedeelte wordt
geplaatst en niet op een grote spiermassa die teveel ruis zou
kunnen veroorzaken.
o
Bereid de huid op elke elektrodeplaats voor door eventuele
lichaamsbeharing weg te scheren en de elektrodeplaats grondig
met alcohol te reinigen.
o
Voor het beste resultaat moet de huidimpedantie lager zijn dan
5 kilo-Ohm, gemeten met een huidimpedantiemeter.
o
Sluit de ECG-kabel als volgt op de elektroden aan:
o
Groene geleidingsdraad naar RL
o
Gele geleidingsdraad naar V2
o
Violette geleidingsdraad naar V6
19