Welke tekens beschikbaar zijn, is afhankelijk van de taal die voor de
schermtekst is geselecteerd (zie "Taal" op pagina 82).
Niet alle beschikbare tekens worden op de toetsen weergegeven.
2. U kunt de volgende functies gebruiken om de tekst te wijzigen:
• Als u een spatie wilt toevoegen, drukt u op
• Als u een leesteken of speciaal teken wilt intoetsen, drukt u herhaaldelijk op
totdat het teken verschijnt. Alternatieve methode: druk op
naar het gewenste teken en druk op
• Als u de cursor naar links of rechts wilt verplaatsen, drukt u respectievelijk
op
of op
• Als u het teken links van de cursor wilt verwijderen, drukt u op
• Als u het scherm wilt leegmaken, houdt u
• Als u wilt schakelen tussen hoofdletters en kleine letters, drukt u kort op
.
• Als u een cijfer wilt invoegen, houdt u de toets met het gewenste cijfer
ingedrukt. Als u wilt schakelen tussen letters en cijfers, houdt u
ingedrukt. De aanduiding 123 wordt weergegeven als u cijfers kunt
intoetsen.
• Als u een teken wilt intoetsen dat zich onder dezelf de toets bevindt als het
vorige teken, drukt u op
nieuwe teken in.
.
of
(of wacht u een seconde) en toetst u het
©
Copyright
2003 Nokia. All rights reserved.
.
(Kiezen).
ingedrukt.
, ga
.
41