Installatie van het systeem
1. Installeer het programma op een PC die voldoet aan de minimumcriteria van het
programma.
2. Sluit de PC aan op de CT37stax.
a. Bij rechtstreekse aansluiting op de incubator gebruikt u de meegeleverde
patchkabel om de PC aan te sluiten op de incubator.
b. Indien u een verbinding maakt met het netwerk van het gebouw, moet u de PC en
de CT37stax aansluiten op geschikte netwerkpoorten; raadpleeg uw
systeembeheerder voor verdere informatie.
3. Lanceer het monitoringprogramma en voeg de incubator toe aan het
instrumentenpaneel van het programma. Het programma kan meerdere incubators
monitoren. Raadpleeg de Planer Incubator Management Application MA103341 voor
meer informatie.
Aansluiting van het monitoringprogramma
25