15. Kies met de draaiknop het betreffende
busadres:
Busadressen (→ Pagina 41)
16. Druk de draaiknop in.
17. Druk zo vaak op de linkertoets tot de
basisweergave weer verschijnt.
18. Verbind het bedieningsveld weer met
de thermostaat.
– Gebruik de stekker op de rechter-
zijde van de printplaat van het be-
dieningsveld (eBUS).
5.3 Bedrading uitvoeren
1.
Verbind de extra module via een
eBUS-kabel met de thermostaat van
de warmtepomp.
2.
Sluit afhankelijk van de gewenste
functie de benodigde in- en uitgangen
aan, zie het aansluitschema in de
bijlage.
3.
Bevestig de frontmantel.
6 Ingebruikname
6.1 Parameter 07-076 instellen
▶
Stel op het bedieningsveld van de
warmtepomp voor elk circuit (1 of 2) de
gewenste waarde voor parameter 07-
076 in:
Instel-
Beschrijving
waarde
0
Geen circuit
1
Direct CV-circuit
2
Direct CV- of koelcircuit
3
Mengcircuit, alleen verwarmen
4
Mengcircuit, verwarmen en
koelen
5
Instelling gewenste waarde
door gebouwautomatiserings-
systeem (0...10 VDC)
0020314590_01 Installatiehandleiding
6.2 Instelling van het signaal 0-10 V
6.2.1 Instelling van een externe
gewenste waarde
De gewenste waarde wordt ingesteld via
een gelijkspanningssignaal (0,0 ... 10,0 V)
op klem 1.
Omschakelen tussen verwarmen en koe-
len via een extern potentiaalvrij contact op
klem 3:
– Gesloten = koelbedrijf
– Open = CV-functie
De spannings- en temperatuurbereiken
kunnen individueel worden aangepast. Bij
lage spanningsniveaus of wanneer over
het algemeen een hogere nauwkeurig-
heid nodig is, kan een schaalinstelling
van spanning ten opzichte van gewenste
waarde zinvol zijn. Neem daarvoor contact
op met het serviceteam.
6.2.2 Parameters 07-080 tot 07-087
instellen
Aanwijzing
Bij de gegeven waarden betreft het
een instelvoorbeeld, dat in CV- en
koelmodus kan worden gebruikt.
1.
Stel de parameters 07-080 tot 07-
083 in, om het signaal 0 - 10 V in CV-
functie te gebruiken.
– 07-080 Min. gewenste CV-aanvoer-
temperatuur: 3 ℃
– 07-081 Max. gewenste CV-aan-
voertemperatuur: 85 ℃
– 07-082 Min. gewenste CV-aanvoer-
spanning: 0,3 V
– 07-083 Max. gewenste CV-aan-
voerspanning: 8,5 V
◁
Na instelling van de parameter
resulteert de volgende werking:
– Uit (geen vorstbeveiligingsfunc-
tie): 0,0 ... 0,2 V
– Gewenste waarde verwarming:
0,3 ... 8,5 V
– Niet gebruikt: 8,5 ... 10 V
39