Vóór elke werkzaamheid moet het apparaat van het elektriciteitsnet losgekoppeld worden
m.b.v. de meerpolige stekker of door de stekker uit het stopcontact te halen, en van het waternet.
STORINGEN
De schakelaar wordt gedraaid, maar de
hogedrukreiniger start niet.
Er wordt geen straal afgegeven of het
hogedrukcircuit van het water lekt; na 90
sec. stopt de hogedrukreiniger en gaat
controlelampje "E" knipperen
De pomp draait maar bereikt niet de
nominale druk.
Bij open lans, stijgt en zakt de druk.
Na 10 impulsen stopt de hogedrukrei-
niger en gaat het controlelampje "E"
knipperen.
In de by-pass of total stop fase, stopt de
hogedrukreiniger en gaat het controle-
lampje "E" knipperen.
Na een total stop fase, start de hoge-
drukreiniger niet en gaat het controle-
lampje "C" knipperen.
Als de temperatuurregelaar in de ge-
wenste stand wordt gebracht, gaat de
ketel niet aan.
Het controlelampje "D" gaat branden.
Het controlelampje "E" gaat branden.
Water niet voldoende warm.
Het controlelampje "F" gaat branden.
N.B. Om de meldingen te resetten, moet de hoofdschakelaar "A" naar de stand "0" en vervolgens naar de stand "I"
Gebruik voor onderhoud en/of reparatie uitsluitend originele onderdelen die de beste kwaliteit, betrouwbaarheid en
veiligheid bieden. Als geen originele onderdelen worden gebruikt, is de fabrikant van elke aansprakelijkheid onthe-
Nederlands
STORINGEN - REMEDIES
OORZAKEN
Geen elektrische aansluiting.
(Controlelampje "C" gedoofd).
Thermische beveiliging heeft ingegre-
pen. (Controlelampje "E" knippert).
Watertoevoerfilter verstopt.
Aansluiting waternet defect.
Netkraan gesloten.
Lekken uit hogedrukcircuit
Watertoevoerfilter verstopt.
Aansluiting waternet defect.
Drukregelklep ingesteld op minimum.
Spuitmond van lans is versleten.
Kleppen versleten of vuil.
Drukregelvoorziening op lans open (in-
dien aanwezig).
Spuitmond verstopt of vervormd.
Onvoldoende toevoer.
Microlekkage water uit hogedrukcircuit.
De hogedrukreiniger is minstens 20
minuten niet gebruikt en bevindt zich
in toestand van totale blokkering. (TSI)
Geen dieselolie.
Draairichting motor bij driefasemodellen
foutief.
Brander in blokkering.
Stand temperatuurregelaar.
Verstopte filters.
Spiraalbuis ketel verstopt met kalkaf-
zetting.
Ontkalkingsvloeistof op.
worden gedraaid.
BELANGRIJK
ven.
- 42 -
REMEDIES
Controleer de netspanning.
(zie technische eigenschappen).
Reset. (Raadpleeg bij een nieuwe in-
greep de technische service).
Reinig het.
Controleer.
Open de kraan.
Vraag om tussenkomst van Service-
centrum.
Reinig het.
Controleer.
Stel af.
Vraag om tussenkomst van Service-
centrum.
Vraag om tussenkomst van Service-
centrum.
Sluit de kraan.
Reinig of vraag om tussenkomst van een
servicecentrum.
Controleer.
Vraag om tussenkomst van Service-
centrum.
Start opnieuw door hoofdschakelaar "A"
te draaien naar stand "0" en vervolgens
naar stand "I".
Controleer het dieseloliepeil in het reser-
voir en controleer of er water aanwezig is
in het brandstofaanzuigcircuit.
Vraag om tussenkomst van het Service-
centrum.
Vraag om tussenkomst van het Service-
centrum.
Controleer.
Reinig of vervang.
Vraag om tussenkomst van Service-
centrum.
Vul het reservoir met ontkalkingsvloei-
stof.