Nederlands
De storing word gemeld door het branden van controlelampje
D) en bijbehorend bericht op het display.
3) Interval van geprogrammeerd onderhoud vervallen bij 200
uur. Het controlelampje zal doven na tussenkomst van het
erkende servicecentrum.
De storing word gemeld door het branden van controlelampje
E).en bijbehorend bericht op het display.
4) Detectie microlekkage of waterspuitmond verstopt: de ho-
gedrukreiniger stopt.
De storing wordt gemeld door het knipperen van controlelampje
E) en de bijbehorende melding op het display.
5) Detectie gebrek aan water: Na 90 seconden werking bij
gebrek aan water, stopt de hogedrukreiniger.
De storing wordt gemeld door het knipperen van controlelampje
E) en de bijbehorende melding op het display.
6) Ingreep thermische bescherming van de motor: de hoge-
drukreiniger stopt.
De storing wordt gemeld door het knipperen van controlelampje
E) en de bijbehorende melding op het display.
7) Storing hoge temperatuur: De brander stopt.
De storing wordt gemeld door het knipperen van controlelampje
E) en de bijbehorende melding op het display.
8) Storing vlam brandt: de hogedrukreiniger stopt.
De storing wordt gemeld door het knipperen van controlelampje
E) en de bijbehorende melding op het display.
9) Storing vlam dooft: De brander stopt.
De storing wordt gemeld door het knipperen van controlelampje
E) en de bijbehorende melding op het display.
N.B. Om de meldingen te resetten, moet de hoofdschake-
laar "A" naar de stand "0" en vervolgens naar de stand "I"
worden gedraaid.
Raadpleeg bij een nieuwe ingreep de technische service.
- 41 -