Vastlopen van papier voorkomen:
>
Laat geen ruimte vrij tussen het papier en de geleiders, en het papier en de
achterste schuif.
>
Plaats niet te veel papier in de papiercassette. Hoeveel papier er kan worden
geladen, hangt af van het soort papier.
>
Plaats geen beschadigd papier.
>
Plaats geen papier van verschillend formaat in de papiercassette.
>
Trek de papierlade tijdens het afdrukken niet uit de printer.
4.
Sluit de papiercassette voorzichtig.
5.
Als u wilt afdrukken en papier wilt uitvoeren met de afgedrukte zijde naar beneden,
controleert u of het uitvoervak aan de achterzijde van de printer (4) is gesloten (het
papier wordt nu aan de bovenzijde van de printer uitgevoerd). De capaciteit van het
vak is ongeveer 250 vel, afhankelijk van het papiergewicht.
6.
Als u wilt afdrukken en het papier met de afgedrukte zijde naar boven wilt uitvoeren,
controleert u of het uitvoervak aan de achterzijde van de printer (4) is geopend en
de papiersteun (5) is uitgetrokken. De capaciteit van de lade is 1 vel
7.
Gebruik altijd het uitvoervak aan de achterzijde van de printer voor zwaar papier,
zoals indexkaarten.
Open of sluit de het uitvoervak aan de achterzijde van de printer niet
tijdens het afdrukken omdat hierdoor het papier kan vastlopen.
LET OP!
Papier in de printer plaatsen > 15
4
5