12.
Lijn de geleideschroeven uit met de sleuven op de schijfhouder in het chassis, druk de vaste schijf
omlaag in de schijfpositie en schuif deze zo ver mogelijk naar achteren tot deze vastklikt.
Afbeelding 2-40
13.
Sluit de gegevenskabel en de voedingskabel aan op de achterkant van de vaste schijf.
OPMERKING:
en de netsnoeren door de kabelgeleider onderaan op het chassis achter de vaste-schijfeenheid
leidt.
Als er in het systeem slechts één vaste schijf van het type SATA aanwezig is, sluit u de
gegevenskabel van deze vaste schijf aan op de donkerblauwe systeemkaartconnector (aangeduid
met SATA0). Hierdoor bent u verzekerd van optimale prestaties. Als u een tweede vaste schijf
toevoegt, sluit u het andere uiteinde van de gegevenskabel aan op de volgende beschikbare (niet-
gebruikte) SATA-connector op de systeemkaart in de volgende volgorde: SATA0, SATA1, SATA5,
SATA4.
14.
Kantel de schijfhouder voor externe schijfeenheden en de voedingseenheid in de normale positie.
15.
Plaats het toegangspaneel van de computer terug.
16.
Monteer de eventuele standaard.
17.
Sluit het netsnoer weer aan en zet de computer aan.
18.
Vergrendel eventuele beveiligingsapparaten die u heeft ontgrendeld bij het verwijderen van het
toegangspaneel.
OPMERKING:
besturingssysteem, de stuurprogramma's en/of andere applicaties te herstellen die in de fabriek op de
computer waren geïnstalleerd.
44
Hoofdstuk 2 Hardware-upgrades
Vaste schijf installeren
Wanneer u de primaire vaste schijf vervangt, zorgt u ervoor dat u de SATA-kabel
Als u de primaire vaste schijf vervangt, maakt u eerst een set herstelschijven om het
NLWW