Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Routeopties Wijzigen; Navigeren Aan De Hand Van Een Opgeslagen Reis; Uw Actieve Route Wijzigen En Opslaan; Recente Routes En Bestemmingen Weergeven - Garmin DRIVE 55 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Routeopties wijzigen

U kunt opgeven hoe het toestel de route moet berekenen voordat u op reis gaat.
1 Selecteer Apps > Reisplanner > Opgeslagen reizen.
2 Selecteer een opgeslagen reis.
3 Selecteer
> Reisinstellingen.
4 Selecteer een optie:
• Als u routepunten aan uw reis wilt toevoegen, selecteert u Bepaal vorm van route en volgt u de instructies
op het scherm
(Uw route aanpassen, pagina
• Als u de berekenmodus voor de reis wilt wijzigen, selecteert u Routevoorkeur
wijzigen, pagina
19).

Navigeren aan de hand van een opgeslagen reis

1 Selecteer Apps > Reisplanner > Opgeslagen reizen.
2 Selecteer een opgeslagen reis.
3 Selecteer Ga!.
4 Selecteer de eerste locatie waar u naartoe wilt navigeren en selecteer Start.
Het toestel berekent de route vanaf uw huidige locatie naar de geselecteerde locatie en leidt u daarna in de
opgegeven volgorde naar uw volgende tussenstops op de route.

Uw actieve route wijzigen en opslaan

Als een route actief is, kunt u de route met de reisplanner wijzigen en als reis opslaan.
1 Selecteer Apps > Reisplanner > Mijn actieve route.
2 Wijzig de route met een van de beschikbare reisplannerfuncties.
Na elke wijziging wordt de route opnieuw berekend.
3 Selecteer Sla op om uw route op te slaan als een reis die u later weer als navigatieroute kunt gebruiken
(optioneel).

Recente routes en bestemmingen weergeven

Voordat u deze functie kunt gebruiken, moet u de functie voor reisgeschiedenis inschakelen
privacyinstellingen, pagina
U kunt uw voorgaande routes en plaatsen waar u bent gestopt op de kaart bekijken.
Selecteer Apps > Waar ik was.

Kaart- en voertuiginstellingen

Selecteer Instellingen > Kaart en voertuig.
Voertuig: Hiermee kiest u het voertuigpictogram voor het aangeven van uw positie op de kaart.
Autokaartweergave: Hiermee stelt u het perspectief van de kaart in.
Kaartdetail: Hiermee stelt u het detailniveau van de kaart in. Als er meer details worden weergegeven, wordt de
kaart mogelijk langzamer opnieuw getekend.
Kaartthema: Hiermee kunt u de kleuren van de kaartgegevens wijzigen.
Kaartlagen: Hiermee stelt u de gegevens in die op de kaartpagina worden weergegeven
aanpassen, pagina
25).
Automatisch zoomen: Hiermee wordt automatisch het juiste zoomniveau geselecteerd voor optimaal gebruik
van de kaart. Als u deze functie uitschakelt, moet u handmatig in- en uitzoomen.
Mijn Kaarten: Hiermee stelt u in welke geïnstalleerde kaarten het toestel gebruikt.
30
18).
34).

Garmin Drive instellingen

(De routeberekeningsmodus
(Toestel- en
(De kaartlagen
Garmin Drive instellingen

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave