Inhoudsopgave
Advertenties
Tabel 31. Opties voor BIOS-installatie - menu geïntegreerde apparaten (vervolg)
Geïntegreerde apparaten
Verschillende apparaten
Het vingerafdruklezerapparaat inschakelen
Tabel 32. Opties van BIOS-setup - Storagemenu
Storage
SATA/NVMe-bewerking
SATA/NVMe-bewerking
Storage-interface
Poortactivering
SMART-rapportering
SMART-rapportage inschakelen
Schijfinformatie
Mediakaart inschakelen
Secure Digital (SD)-kaart
Secure Digital (SD)-kaart alleen-lezen-modus
Tabel 33. Opties voor BIOS-setup - Beeldschermmenu
Beeldscherm
Helderheid van beeldscherm
Helderheid op batterij
Helderheid op wisselstroom
Touchscreen
De optie Type C-Dock-lan is standaard ingeschakeld.
Hiermee schakelt u de optie Vingerafdruklezerapparaat in.
De optie Vingerafdruklezer inschakelen is standaard ingeschakeld.
Hiermee kunt u de bewerkingsmodus van de geïntegreerde SATA-hardeschijfcontroller
instellen.
De optie AHCI/NVMe is standaard geselecteerd. Het storage-apparaat is
geconfigureerd voor de AHCI/NVMe-modus.
Toont de informatie van diverse schijven op de kaart.
Hiermee kunt u de optie M.2 PCIe SSD in- of uitschakelen.
De optie M.2 PCIe SSD is standaard ingeschakeld.
Stuurt analytische informatie van geïntegreerde schijven en meldingen tijdens het
opstarten over mogelijke storingen van de harde schijf naar het BIOS. Bepaalt of fouten
voor geïntegreerde schijven tijdens het opstarten van het systeem worden gemeld. Deze
technologie maakt deel uit van de SMART-specificatie (Self-Monitoring Analysis and
Reporting Technology).
De optie SMART-rapportage inschakelen is standaard ingeschakeld.
Geeft de informatie van ingebouwde schijven weer.
Hiermee kunt u de SD-kaart in- of uitschakelen.
De optie Secure Digital-kaart (SD) is standaard ingeschakeld.
Hiermee kunt u de alleen-lezen-modus van de SD-kaart in- of uitschakelen.
De optie Alleen-lezen-modus van de Secure Digital-kaart (SD) is standaard
uitgeschakeld.
Schakel dit in om de helderheid van het scherm in te stellen wanneer de computer op
batterijstroom werkt.
De helderheid van het scherm is standaard ingesteld op 50 wanneer de computer alleen
op batterijstroom werkt.
Schakel dit in om de helderheid van het scherm in te stellen wanneer de computer op
wisselstroom werkt.
De helderheid van het scherm is standaard ingesteld op 100 wanneer de computer alleen
op wisselstroom werkt.
Hiermee wordt de touchscreen in- of uitgeschakeld.
BIOS-instellingen
95
Advertenties
Inhoudsopgave
