5. Open de vergrendeling en koppel de kabel van de aan-uitknop van de vingerafdruklezer los van de connector (FP1) op de
systeemkaart.
6. Verwijder de schroef (M2x3) waarmee het schild van de draadloze module aan de systeemkaart vastzit.
7. Koppel de antennekabels los van de connectoren (AUX1 en MAIN2) op de draadloze module.
8. Open de vergrendeling en koppel de kabelconnector (TF1) van het capacitieve touchpad los van de systeemkaart.
9. Koppel de luidsprekerkabel los van de connector (SPKR1) op de systeemkaart.
10. Open de vergrendeling en koppel de toetsenbordcontrollerkabel los van de connector (CN6501) op de systeemkaart.
11. Open de vergrendeling en koppel de touchpadkabel los uit de connector (TPAD1) op de systeemkaart.
12. Koppel de luidsprekerkabel los van de connector (SPKL1) op de systeemkaart.
13. Verwijder de vier schroeven (M2x4.5) waarmee de systeemkaart op de palmsteun- en toetsenbordeenheid is bevestigd.
14. Til de systeemkaart weg van de palmsteun- en toetsenbordeenheid.
De systeemkaart installeren
WAARSCHUWING:
De informatie in deze installatiesectie is alleen bedoeld voor geautoriseerde servicetechnici.
Vereisten
Als u een onderdeel vervangt, dient u het bestaande onderdeel te verwijderen alvorens het installatieproces uit te voeren.
Over deze taak
Afbeelding 50. Systeemkaartconnectoren
1. Kabelconnector (FP1) van de aan-uitknop en vingerafdruklezer
2. Antennekabelconnectoren (MAIN 2 en AUX 1) op draadloze module
3. Connector van de camerakabel (CAM1)
4. Kabelconnector beeldschermeenheid (LCD1)
72
FRU's (op locatie te vervangen onderdelen) verwijderen en installeren