Vooraanzicht
a
Systeemstatus
indicatoren
b
Geheugenkaartsleuf
Opmerking: Voor meer informatie, raadpleegt u "Geheugenkaarten (niet meegeleverd) gebruiken" op
pagina 12.
Symbool
Indicator
- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -
Accepteert geheugenkaarten (niet meegeleverd).
Indicator
status
Aan
(continu wit)
Stroom
Knipperend
Uit
Aan
(continu wit)
Aan
(continu oranje)
Langzaam
knipperend
Batterij
(wit)
Langzaam
knipperend
(oranje)
Snel
knipperend
(oranje)
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
Oplaad
status
---
De computer is ingeschakeld.
De computer bevindt zich in de
---
slaapstand.
---
De computer is uitgeschakeld.
Bezig met
De accu is voor meer dan 80%
opladen
opgeladen.
Bezig met
De accu is voor meer dan 20%
ontladen
opgeladen.
Bezig met
De accu is tussen de 5% en 20%
ontladen
opgeladen.
De accu is tussen de 20% en 80%
opgeladen. Als de accu voor 80% is
Bezig met
opgeladen, stopt het lampje met
opladen
knipperen. Het opladen gaat echter
door totdat de accu volledig is
opgeladen.
De accu is voor minder dan 20%
Bezig met
opgeladen. Als de acculading 20%
opladen
bereikt, verandert de knipperende
kleur in wit.
Bezig met
De accu is voor minder dan 5%
opladen/Bezig
opgeladen.
met ontladen
11
Betekenis