2 Productbeschrijving
2.1 Welke terminologie wordt
gebruikt?
– Systeemthermostaat: in plaats van
VRT 380
– Afstandsbediening: in plaats van VR 92
2.2 Waar zorgt de
vorstbeveiligingsfunctie voor?
De vorstbeschermingsfunctie beschermt
de CV-installatie en de woning tegen
schade door bevriezing.
Bij buitentemperaturen
– die langer dan 4 uur onder 4 °C zijn
schakelt de systeemthermostaat de
warmteopwekker in en regelt de ge-
wenste kamertemperatuur op minimaal
5 °C.
– boven 4 °C schakelt de systeemthermo-
staat de warmteopwekker niet in, maar
bewaakt de buitentemperatuur.
2.3 Wat betekenen de volgende
temperaturen?
Gewenste temperatuur is de tempera-
tuur, waarop de woonruimtes verwarmd
moeten worden.
Verlagingstemperatuur is de tempera-
tuur, die buiten het tijdvenster niet mag
worden onderschreden in de woonruimtes.
Aanvoertemperatuur is de temperatuur,
waarmee het CV-water de warmteopwek-
ker verlaat.
2.4 Wat is de zone?
Een gebouw kan in meerdere delen wor-
den verdeeld, die zones worden genoemd.
Elke zone kan een andere eis aan de CV-
installatie hebben.
Voorbeelden voor de indeling in zones:
– In een huis zijn vloerverwarming (zone
1) en radiatoren (zone 2) aanwezig.
0020288138_00 sensoHOME Gebruiksaanwijzing en installatiehandleiding
Productbeschrijving 2
– In een huis zijn er meerdere zelfstan-
dige woonunits.. Elke woonunit krijgt
een eigen zone.
2.5 Wat is de circulatie?
Een aanvullende waterleiding wordt met
de warmwaterleiding verbonden en vormt
een circuit met de warmwaterboiler. Een
circulatiepomp zorgt voor een continu
rondlopen van warm water in het buislei-
dingsysteem, zodat ook bij tappunten die
zich verder weg bevinden direct warm wa-
ter beschikbaar is.
2.6 Wat betekenen tijdvenster?
Bijvoorbeeld CV-bedrijf in modus : tijdge-
stuurd
B
24 °C
21 °C
16 °C
5
16:30
18:00
A
Klok
B
Temperatuur
1
Gewenste tem-
peratuur
2
Verlagingstemp.
U kunt een dag in meerdere tijdvensters
(3) en (5) verdelen. Elk tijdvenster kan
voor een bepaalde periode staan. De tijd-
vensters mogen elkaar niet overlappen.
Elk tijdvenster kunt u aan een andere ge-
wenste temperatuur (1) toewijzen.
Voorbeeld:
16.30 uur tot 18.00 uur; 21 °C
20.00 uur tot 22.30 uur; 24 °C
De systeemthermostaat regelt binnen de
tijdvensters de woonruimtes naar de ge-
1
2
4
3
20:00
22:30
3
Tijdvenster 2
4
buiten de tijdven-
sters
5
Tijdvenster 1
A
71