∫ Operaties die uitgevoerd worden tijdens diavoorstelling
De cursor die afgebeeld wordt tijdens het terugspelen is dezelfde als 3/4/2/1.
Afspelen/Pauzeren
3
4
Stop
2
Terug naar het vorige beeld
1
Verder naar het volgende beeld
[W]
Verlaagt het niveau van het volume
[T]
Verhoogt het niveau van het volume
¢ Deze handelingen kunnen alleen uitgevoerd worden in de pauzefunctie of tijdens het
afspelen van bewegend beeld.
∫ De diavoorstellinginstellingen veranderen
U kunt de instellingen veranderen voor afspelen van diavoorstelling door [EFFECT] of
[SET-UP] te selecteren op het diavoorstellingmenuscherm.
[EFFECT]
Dit biedt u de mogelijkheid de schermeffecten te selecteren wanneer u van het ene naar
het andere beeld schakelt.
[NATURAL], [SLOW], [SWING], [URBAN], [OFF], [AUTO]
•
Wanneer [URBAN] geselecteerd is, kan het beeld in zwart en wit verschijnen als een
schermeffect.
•
[AUTO] kan alleen gebruikt worden wanneer [CATEGORIESELECTIE] geselecteerd is. De
beelden worden afgespeeld met de aanbevolen effecten in elke categorie.
•
Tijdens de [ALLEEN BEW. BEELD] diavoorstelling, wordt [EFFECT] vastgesteld po [OFF].
•
Sommige [EFFECT] zullen niet werkzaam zijn als verticaal weergegeven beelden afgespeeld
worden.
[SET-UP]
[DUUR] of [HERHALEN] kan ingesteld worden.
Onderdeel
[DUUR]
[HERHALEN]
[GELUID]
[OUTPUT]
•
[DUUR] kan alleen ingesteld worden als [OFF] geselecteerd is als instelling van [EFFECT].
•
[OUTPUT] zal alleen verschijnen als het op HDMI-uitgave gezet is en [3D-WEERGAVE]
op [
] gezet is.
Afspelen/Bewerken
¢
¢
[1 SEC.]/[2 SEC.]/[3 SEC.]/[5 SEC.]
[OFF]/[ON]
[OFF]:
Er zal geen geluid zijn.
[AUTO]:
Er klinkt muziek als stilstaande beelden afgespeeld
worden en audio als bewegende beelden afgespeeld
worden.
[MUZIEK]:
Er wordt muziek afgespeeld.
[AUDIO]:
Er wordt audio (alleen voor films) afgespeeld.
[
]:
De diavoorstelling wordt uitgegeven in normaal
formaat.
[
]:
De diavoorstelling wordt uitgegeven in 3D.
- 128 -
Instellingen
W
T
(P58)