Beelden maken met de ingebouwde flits
Toepasbare modussen:
A De flits openen
Verschuif de flits-open-knop.
B De flits sluiten
Druk op de flits totdat deze klikt.
•
Sluit de flits altijd als u deze niet gebruikt.
•
De flitsinstelling is vastgesteld op [Œ] terwijl de
flits gesloten wordt.
Aantekening
•
Ervoor zorgen dat er geen vinger klem blijft zitten wanneer u een flitserlamp sluit.
Naar de geschikte flitsinstelling schakelen
Toepasbare modussen:
Stel de ingebouwde flitser in voor de opname.
•
Open de flits.
1
Selecteer [Flitser] in het [Opname]-menu.
2
Raak het item aan.
•
Verlaat het menu nadat het ingesteld is.
Onderdeel
([Flitser altijd aan])
‰
([Gdw. aan/
rode-og])
([Langz. sync.])
([Lngz. sync./
rode-og])
([Gedwongen uit])
Œ
De flits wordt tweemaal geactiveerd. Het interval tussen de eerste en tweede flits is
langer wanneer [
tweede flits geactiveerd wordt.
De flits wordt altijd geactiveerd ongeacht de opnamecondities.
•
Gebruik deze functie wanneer uw object achtergrondbelichting
heeft of onder fluorescent licht staat.
Wanneer u beelden maakt tegen een achtergrond met donkere
achtergrond, maakt deze functie de sluitertijd langzamer zodra de flits
geactiveerd wordt. Het landschap met donkere achtergrond zal
helderder lijken.
•
Gebruik deze functie wanneer u opnamen maakt van personen op
een donkere achtergrond.
•
Een langzamere sluitertijd gebruiken kan wazigheid door
beweging veroorzaken. Het gebruiken van een statoef kan uw
foto's verbeteren.
De flits wordt in geen enkele opnameconditie geactiveerd.
•
Gebruik deze functie om opnames te maken op plaatsen waar het
gebruik van een flitser niet toegestaan is.
•
Sluit de flitser om hem uit te schakelen, als de interne flitser
gebruikt wordt.
] of [
] ingesteld is. Het onderwerp moet niet bewegen tot de
Opnemen
(P64)
Beschrijving van instellingen
- 84 -