VULLEN MET BRANDSTOF.
Vul het reservoir met benzine
(fig. 3) (gebruik verse en scho-
ne loodvrije benzine) bij koud
apparaat. Gebruik hiervoor
een schone trechter.
!
Gevaar.
- Let op dat de benzine tijdens het vullen niet gemorst wordt.
Als dit gebeurt, de benzine opdrogen met een absorberende
doek en controleren of alles perfect droog is alvorens de motor
te starten.
- Tijdens het vullen niet roken, lucifers aansteken of vonken
veroorzaken in verband met brand- of explosiegevaar.
- Vul het reservoir niet te veel (er mag geen benzine in de vul-
buis aanwezig zijn). Controleer of de dop na het vullen goed
gesloten wordt.
- De benzine is bijzonder ontvlambaar en explosief. Vul het
reservoir uiterst voorzichtig.
Lees voor meer informatie het instructieboekje van de
motor.
- Gebruik geen andere brandstof dan die vermeld op het
identificatieplaatje.
- Vul het benzinereservoir niet bij draaiende motor.
- Bewaar de vaten met benzine in speciale ruimten, buiten
het bereik van kinderen.
- Controleer alvorens de motor te starten het motoroliepeil;
vul bij indien het peil laag staat. - Controleer dikwijls (vóór elk
gebruik) het oliepeil.
- Gebruik schone reinigingsolie van hoge kwaliteit, SAE 10W-
50 voor algemeen gebruik geclassificeerd als API-SF of SG.
Raadpleeg het instructieboekje van de verbrandingsmotor voor
meer gedetailleerde informatie.
Nederlands
BEDIENINGS- EN REGELELEMENTEN
!
Opgelet
Vóór aansluiting op het waternet moet de werking van de
bedienings- en regelelementen van de hogedrukreiniger ge-
controleerd worden.
Doe dit volgens hetgeen beschreven in het instructieboekje en
door de betreffende afbeeldingen te raadplegen.
AANSLUITING OP HET WA-
TERNET
Sluit de toevoerslang op het
net (fig. 4A) en op de aanslui-
FIG. 3
ting van de hogedrukreiniger
aan (fig. 4B).
Controleer of het waternet de
juiste waterhoeveelheid en
–druk levert voor de werking
van de hogedrukreiniger; 2 ÷
8 BAR. (29÷116 PSI).
Maximumtemperatuur toege-
voerde water 50°C (122 F).
Sluit de hogedrukslang op de
hogedrukreiniger (fig. 4C) en
op de lans aan (fig. 5).
!
Gevaar.
De hogedrukreiniger moet
met schoon water werken.
Vuil of zanderig water, cor-
roderende chemische pro-
ducten en oplosmiddelen
veroorzaken ernstige scha-
de aan de hogedrukreiniger.
!
Gevaar
Zuig nooit vloeistoffen met
onverdunde oplosmiddelen of
zuren op! Bijv. benzine, verf-
verdunners of dieselolie. De
door de lans geproduceerde
nevel is zeer ontvlambaar,
ontplofbaar en giftig.
Veronachtzaming van het
hierboven vermelde ontheft
de fabrikant van elke aanspra-
kelijkheid en staat gelijk met
een onachtzaam gebruik van
het product.
Belangrijk
Neem de voorschriften gegeven door het nutsbedrijf
voor de watervoorziening in acht.
De geldende reguleringen bepalen dat het apparaat niet op het
drinkwaternet mag worden aangesloten als er geen geschikte
systeemscheider aanwezig is.
Gebruik een geschikte systeemscheider volgens EN-norm
12729 Type BA.
Water dat door een systeemscheider loopt wordt niet meer als
drinkwater geclassificeerd.
!
Opgelet
Sluit de machine niet aan op drinkwaterreservoirs.
- 9 -
B
A
C
FIG. 4
FIG. 5