6.2. BMS-problemen
6.2.1. Het BMS schakelt de acculader regelmatig uit
• Een gebalanceerde accu schakelt de acculader niet uit, zelfs niet als het volledig is opgeladen. Maar als het BMS de acculader
vaak uitschakelt, is dit een indicatie van ongebalanceerde cellen.
Controleer de celspanningen van alle accu's die zijn aangesloten op het BMS via VictronConnect.
In geval van matige of zeer ongebalanceerde cellen zal het BMS de acculader vaak uitschakelen. Dit is het mechanisme achter
deze activiteit:
Zodra een cel 3,75 V bereikt, schakelt het BMS de acculader uit. Terwijl de acculader is uitgeschakeld, gaat het
celbalanceringsproces nog steeds door, waardoor energie van de hoogste cel naar aangrenzende cellen wordt verplaatst. De
hoogste celspanning daalt en zodra deze onder 3,6 V is gekomen wordt de acculader weer ingeschakeld. Deze cyclus duurt
meestal tussen de één en drie minuten. De spanning van de hoogste cel stijgt weer snel (dit kan binnen enkele seconden zijn)
waarna de acculader opnieuw wordt uitgeschakeld, enzovoort. Dit duidt niet op een probleem met de accu of de cellen. Dit
gedrag gaat door totdat alle cellen volledig geladen en gebalanceerd zijn. Dit proces kan enkele uren duren. Het hangt af van de
mate van onbalans. In geval van ernstige onbalans kan dit proces tot 12 uur duren. Het balanceren gaat tijdens dit proces door,
zelfs als de acculader is uitgeschakeld. Het continu in- en uitschakelen van de acculader kan vreemd lijken, maar wees gerust dat
dit geen probleem vormt. Het BMS beschermt alleen de cellen tegen te hoge spanning.
6.2.2. Het BMS schakelt acculaders voortijdig uit
• Dit kan komen door ongebalanceerde cellen. Eén cel in de accu heeft een celspanning boven de 3,75 V.
Controleer de celspanningen van alle accu's die zijn aangesloten op het BMS.
6.2.3. Het BMS schakelt de belastingen voortijdig uit
• Dit kan komen door ongebalanceerde cellen.
• Als een cel een celspanning heeft onder de minimale limiet van 2,6 V schakelt het BMS de belasting uit.
• Controleer de celspanningen van alle accu's die zijn aangesloten op het BMS via de VictronConnect-app.
Als de belastingen uitgeschakeld werden door lage celspanning, moet de celspanning van alle cellen 3,2 V of
hoger zijn voordat het BMS de belastingen opnieuw inschakelt.
6.2.4. Het BMS geeft alarm weer terwijl alle celspanningen binnen bereik liggen
• Een mogelijke oorzaak is een losse of beschadigde BMS-kabel of aansluiting.
Controleer alle BMS-kabels en hun aansluitingen.
Controleer eerst of de celspanningen en temperatuur van alle aangesloten accu's binnen het aangegeven bereik liggen. Als ze
allemaal binnen het aangegeven bereik liggen, volg dan een van de volgende procedures.
Houd er ook rekening mee dat als er eenmaal een alarm voor te lage celspanning is gegeven, de celspanning van alle cellen
moet worden verhoogd tot 3,2 V voordat de accu het alarm voor te lage celspanning stopt.
Een manier om uit te sluiten of een fout afkomstig is van een defecte BMS of een defecte accu is door het BMS te controleren
met behulp van een van de volgende BMS-testprocedures:
Controle van een enkele accu en BMS:
1.
Koppel beide BMS-kabels los van het BMS.
2.
Sluit een enkele BMS-verlengkabel aan op beide BMS-kabelaansluitingen. De BMS-kabel moet in een lus worden
aangesloten, zoals getoond in het onderstaande schema. De lus laat het BMS denken dat er een accu is aangesloten
zonder alarmen.
Pagina 29
Lithium NG 51,2V battery handleiding
Probleemoplossing & ondersteuning