6
>> Aan de slag
7. Schroef het deksel van de
batterij weer vast.
8. Sluit de reisadapter aan op de
telefoon.
9. Steek het netsnoer van de
adapter in een gewoon
stopcontact.
Met het standby-lampje op de
telefoon wordt het
oplaadproces aangegeven als de
telefoon is uitgeschakeld.
• Wanneer de batterij wordt
opgeladen, brandt het
standby-lampje rood.
• Wanneer de batterij volledig
is opgeladen, brandt het
standby-lampje groen.
10.Haal het netsnoer van de
adapter uit het stopcontact
wanneer de telefoon volledig is
opgeladen (het batterijsymbool
beweegt niet meer).
11.Haal de adapter uit de telefoon.
Batterij bijna leeg, symbool
Wanneer de batterij bijna leeg is:
• hoort u een
waarschuwingstoon,
• wordt een melding
weergegeven dat de batterij
bijna leeg is,
• knippert het batterijsymbool
en
• knippert het standby-lampje
langzaam rood.
Als de batterij zo zwak is dat de
telefoon niet meer gebruikt kan
worden, wordt het toestel
automatisch uitgeschakeld. In dat
geval moet u de batterij weer
opladen.
Opmerking: Deze functie wordt
uitgeschakeld als de batterij bijna
leeg is.