6.5. Instellen van de bedrijfsmodus op het
span/seal apparaat
Selecteer de toets "Bedieningsmode" (1).
De niet gebruikte displays verdwijnen.
De ingestelde bedieningsmode knippert
5 seconden.
+ en – verschijnen.
Selecteer de + (2) of de – (3) toets tot de
gewenste bedieningsmode wordt weergegeven.
MAN/SEMI/AUTO
Door de "bedieningsmode" toets (1)
nogmaals te selecteren, of na 5 seconden, wordt de ingestelde mode opgeslagen.
Iedere bedieningsmode kan ook worden geselecteerd voor de "Soft tension"
spanningsreeks (pagina 24)
•
MAN - Manueel
De spanning toets moet worden geselecteerd en vastgehouden tot de
gewenste spanning is bereikt. De seal knop moet dan kortstondig worden
ingedrukt zodat de seal kan worden gemaakt en de bovenste band kan
worden afgesneden.
•
SEMI – Semi automatische bandering (standaard fabrieksinstelling)
De spanning toets moet worden geselecteerd en vastgehouden tot de
ingestelde spanning is bereikt. De spanbanden worden dan automatisch
ge-sealed en de bovenste band kan worden afgesneden. Er kan altijd
handmatig worden ge-sealed door de seal knop te selecteren. .
•
AUTO – Volledig automatische bandering
De spanningsknop kortstondig aanraken. Dit start het aanspanproces.
Zodra de ingestelde spanning is bereikt wordt er automatisch ge-sealed en
de bovenste spanband doorgesneden.
WAARSCHUWING
Tijdens het aanspannen of banderen, gevaar voor afklemming en mogelijk
botbreuken. Plaats geen handen of andere lichaamsdelen tussen de band en te
verpakken goederen tijdens het proces. Zorg dat er geen andere personen in de
gevarenzone aanwezig zijn. In een noodgeval waarbij er iemand beklemd zou
zitten handel als volgt: Vóór het lassen, trek de zwarte tuimelschakelaar tegen de
handgreep van het span/seal apparaat aan. In de bedieningsmode AUTO kan ook de
spankracht of seal toets worden geselecteerd. Na het lassen, snijd de spanband
door met een daarvoor geschikt mes.
3
Fig. 17b
- 26 -
1
2
NL