Weergave verkeerstekens
De weergave van verkeerstekens moet inge-
schakeld zijn in het menu Instellingen
›››
navigatie
pag.
58.
Als er voor de weg waar u op dat moment
rijdt verkeerstekens zijn opgeslagen in de na-
vigatiegegevens, kan het systeem deze laten
zien op de kaartweergave (bv. een snelheids-
beperking).
Houd rekening met de actualiteit van de navi-
gatiegegevens en de beperkingen van het
›››
navigatiesysteem
pag.
Herkenning van verkeersborden
Sommige wagens zijn ook uitgerust met een
camera voor verkeerstekenherkenning. Als
een verkeerstekenherkenning in de wagen in-
gebouwd en geactiveerd is, worden in de
kaartweergave ook de door het systeem her-
kende verkeerstekens en extra informatie
weergegeven.
Lees beslist de informatie en aanwijzingen
over de verkeerstekenherkenning in het in-
structieboekje van de wagen en volg deze op
›››
brochure
Instructieboekje.
58
Routegeleiding in de demomodus
Als in het menu Instellingen naviga-
de demomodus is geactiveerd
tie
58, wordt na de start van een routegelei-
ding een pop-upvenster geopend.
●
Als u op de functietoets
start een "virtuele routegeleiding" naar een
ingegeven reisdoel.
Als u op de functietoets
●
wordt een "echte routegeleiding" gestart.
Verloop en bediening van een virtuele route-
47!
geleiding zijn vergelijkbaar met een echte
routegeleiding.
Een virtuele routegeleiding wordt na het be-
reiken van het fictieve reisdoel herhaald en
begint opnieuw vanaf het startpunt, als deze
niet eerder is onderbroken.
Als in het menu Instellingen naviga-
tie
het startpunt voor de demomodus hand-
matig werd vastgelegd, begint de virtuele
routegeleiding vanaf deze positie.
Een handmatig ingegeven startpunt wordt
door de actuele wagenpositie overschreven,
als de wagen zich beweegt.
Let op
Demomodus na het gebruik uitschakelen, an-
ders moet elke keer voor het starten van een
routegeleiding voor een virtuele of een nor-
male routegeleiding worden gekozen.
Navigatie
›››
pag.
drukt,
Demomodus
drukt,
Normaal
Navigatie-instellingen
Instellingen
●
In het hoofdmenu Navigatie op de functie-
toets
drukken.
INSTELLINGEN
Functietoets: functie
: instellingen voor de routeberekening.
Routeopties
: na de start van de rou-
3 alternatieve routes voorstellen
tegeleiding worden 3 alternatieve routes voorgesteld
›››
pag.
50.
: keuze van het type route.
Route
: routeberekening op basis van economi-
Zuinig
sche aspecten.
: de snelste route naar het reisdoel.
Snelle
: de kortste route naar uw reisdoel, ook als
Korte
daarvoor een langere reistijd nodig is.
: informatie over de routes die
Meestgebruikte routes
de gebruiker het meest gebruikt.
: De dynamische routegeleiding
Dynamische route
treedt in werking wanneer een TMC wordt ontvangen
›››
pag.
55.
: snelwegen worden,
Snelwegen en autowegen vermijden
indien mogelijk, niet opgenomen in de routebereke-
ning
: Voor zover mogelijk
Veerboten en autotreinen mijden
zal er bij de routeberekening geen rekening worden
gehouden met veerboten en autotreinen.