− Let er bij het transporteren en neerzetten van het apparaat op
dat geen onderdelen van het koelcircuit beschadigd raken.
− Het apparaat moet rechtop worden verpakt en
getransporteerd.
− Zet het apparaat niet neer op de zij- of achterkant, omdat er
anders olie uit de compressor in het koelcircuit terecht kan
komen en het koelcircuit verstopt kan raken.
− Stel het apparaat niet bloot aan regen of spatwater.
Opstelling en elektrische aansluiting
Plaats van gebruik
LET OP!
Mogelijke materiële schade!
Gevaar voor schade aan het apparaat door onjuist gebruik.
− Plaats het apparaat in een droge ruimte die kan worden
geventileerd. De ruimte moet een oppervlakte van 4 m²
hebben, zodat er bij een beschadiging van het koelsysteem
voldoende lucht in de ruimte aanwezig is.
− Houd bij het opstellen rekening met de ruimte die voor het
apparaat nodig is (zie "Opstelling en elektrische aansluiting" op
blz. 11)
− Het apparaat is geschikt voor de klimaatklassen N en ST (zie
typeplaatje). Bij een omgevingstemperatuur van 16 °C tot 38 °C
is het koelvermogen van het apparaat optimaal. Bij afwijkende
temperaturen kan het vermogen van het apparaat afnemen.
− Gebruik het apparaat niet buitenshuis.
Veiligheidsvoorschriften
11