Installatie en bediening
5.2
Bediening
Aanwijzingen voor de gebruiker
•
De geleiders kunnen op verschillende hoogtes worden geplaatst. Ze moeten in
overeenstemming met de GN-bakken worden geplaatst om de interne ruimte
optimaal te gebruiken.
•
Zet de in de bakken verpakte levensmiddelen op de planchetten of schuif de GN
bakken op de lopers, en wel zo dat ze op voldoende afstand van elkaar staan
om voor voldoende luchtcirculatie in het apparaat te zorgen. Te kleine afstanden
beïnvloeden het koeleffect.
•
Om het verlies van koele lucht uit de koelruimte te beperken, moet de tijd dat de
deur geopend wordt tijdens de werking zo kort mogelijk zijn en mag de deur niet
te vaak geopend worden.
•
Laat bij een plotselinge stroomuitval, indien mogelijk, de deur niet open staan
om verlies van koele lucht uit de koelruimte te voorkomen.
•
Het apparaat mag nooit langer dan 10 minuten zonder elektrische stroom
blijven.
•
Als het apparaat uitgeschakeld is en lange tijd niet gebruikt wordt, moet u het
grondig reinigen volgens de aanwijzingen in het hoofdstuk "Reiniging" en de
deur van het apparaat open laten om schimmelvorming te voorkomen.
Voedsel bewaren in de koelkast
Volg de onderstaande instructies om de beste resultaten uit uw apparaat te halen:
•
Let er bij het laden van voedsel op dat de lucht vrij in het apparaat kan
circuleren.
•
Eten of drinken moet eerst worden afgekoeld tot de juiste opslagtemperatuur.
•
Het bewaren van voedsel dat nog niet is afgekoeld verslechtert de werking van
het apparaat en kan reeds gekoeld voedsel beschadigen. Bewaar daarom geen
voedsel in niet-gekoelde ruimtes om te voorkomen dat kou verloren gaat
wanneer het in de koelkast wordt geplaatst.
•
Bewaar verpakt of bedekt voedsel alleen in de koelkast.
•
Bewaar voedsel met een specifieke geur, zoals verse vis, foie gras en kaas in
goed afgesloten containers.
•
Bewaar geen bananen in de koelkast, omdat deze vruchten gevoelig zijn voor
kou.
700826
NL
15 / 24