6. Beschrijving van de functies
6-1 Functies die u via knoppen bereikt
Hier worden de knoppenfuncties beschreven. Zie bovendien de menustructuur verderop om de benodigde functie zo snel
mogelijk te vinden.
Directe selectietoetsen
[MEMORY] [FORCE] [SPEED]
Met deze drie toetsen kan een instellingsmenu worden opgeroepen.
Stel met [ ] en [ ] de gewenste waarde in en druk op [ENTER].
Opgelet: Als u, alvorens op [ENTER] te drukken, een andere knop indrukt, wordt de nieuwe instelling niet gebruikt.
Menumode
Druk verschillende keren op de [MENU]-knop om de gelijknamige mode op te roepen. In de menumode zijn de volgende
knoppenfuncties beschikbaar.
- Selectie van de voorafgaande of navolgende parameter.
[ ] [ ]
- Instellen van de gewenste waarde
- Transport van het materiaal
- Oproepen van de instellingspagina
[® ® ® ® ]
- Verplaatsen van de wagen
- Terugkeer naar de vorige pagina (verlaten van de menumode)
[√ √ √ √ ]
- Verplaatsen van de wagen
- Uitvoeren van een functie
[ENTER]
- Bevestigen van een instelling
Opgelet: Als u op de [√ √ √ √ ]-knop drukt zonder eerst [ENTER] in te drukken, wordt de laatst uitgevoerde instelling niet bevestigd.
Tips voor het werken in de menumode
In de menumode verschijnen rechts in het display indicaties i.v.m. de beschikbare
knoppen. De in het display vermelde knoppen dienen dan voor de bediening.
Handleiding Beschrijving van de functies
[√ √ √ √ ]-knop
[ ][ ]-knoppen
[® ® ® ® ]-knop
[ENTER]-knop
43