GX-500/400/300 – Geavanceerde bedieningsfuncties
D Druk op de [® ® ® ® ]-knop om naar de volgende parameter
te gaan en gebruik de [ ]- en [ ]-knop voor het
instellen van de benodigde materiaallengte.
AREA 1.0m
*-0.5m
Kies een negatieve lengtewaarde. (Negatieve waarden
betekenen dat het materiaal naar de achterkant van het
apparaat wordt gevoerd.) Het verdient aanbeveling om
telkens ±0,2m meer in te stellen dan u daadwerkelijk
nodig hebt.
E Druk op de [ENTER]-knop. Het materiaal wordt nu
over de benodigde lengte naar de achterkant van het
materiaal gevoerd.
Na de materiaaldoorvoer wordt de oorsprong automa-
tisch in de linker benedenhoek van het beschikbare
materiaal gedefinieerd.
F Druk op de [MENU]-knop om naar de afgebeelde dis-
playpagina terug te gaan.
20cm/s
50gf 0.250mm A
Als het materiaal scheef ligt of dreigt te verschuiven,
moet u het opnieuw laden.
Opgelet: Als alternatief voor de hierboven beschreven
werkwijze kunt u de oorsprong tevens instellen door het
materiaal met [ ] en [ ] over de gewenste afstand naar
de achterkant van het apparaat te voeren en dan op de
[ORIGIN]-knop te drukken.
Zie ook "Oorsprong instellen" (blz. 25).
Instellen van het snijgebied met de CAMM-1-driver
Als u in de CAMM-1-driver [Front Loading] kiest,
wordt het snijgebied door de computer vastgelegd.
Opgelet: Bij gebruik van een seriële verbinding is deze
werkwijze niet beschikbaar. In dat geval moet u de para-
meters via het bedieningspaneel instellen.
A Laad het materiaal en kies hetzij [ROLL], hetzij [R-
EDGE].
B Klik, in het "Properties"-venster van de CAMM-1-
driver, op de [Options]-tab en kies [Front Loading].
Ga naar de [Size]-tab en stel [Cutting Area] in. Het
gekozen snijgebied wordt nu voorbereid.
C Zodra de eerste data van de computer binnenkomen,
wordt het materiaal eerst naar de achterkant van het
apparaat gevoerd. De nieuwe oorsprong wordt inge-
steld en het in stap 2 gekozen snijgebied wordt voor-
bereid. Eens dit gebeurd is, begint de snijopdracht.
D Na de snijopdracht keert het gereedschap terug naar
de oorsprong. Als u vervolgens nog andere objecten
wilt uitsnijden, mag u niets aan de positie van het
gereedschap wijzigen.
Opgelet: De positie waar het gereedschap zich bij aanvang
van een opdracht bevindt, wordt als oorsprong gedefini-
eerd en gehanteerd voor de berekening van het snijgebied
36
dat voor de [Front Loading]-operatie noodzakelijk is. Er is
echter geen beperking i.v.m. de plaats waar de oorsprong
zich bevindt.
Positie van het
gereedschap bij
aanvang van de
snijopdracht
Opgelet: De huidige gereedschapspositie wordt als oor-
sprong in doorvoer- en links/rechts-richting gebruikt.
4-7 'Overcut'-functie
Deze functie zorgt ervoor dat het eerste en laatste
lijnsegment van een bijkomende 1mm-marge worden
voorzien. Dat is bv. handig voor onberispelijke hoeken
op dik materiaal.
In de regel moet u hier "DISABLE" kiezen. Kies [ENA-
BLE] alleen, wanneer alle hoeken er perfect moeten uit-
zien. Houd in de gaten dat deze functie bij bijzonder
kleine tekst of moeilijke vormen bepaalde materiaalge-
bieden kan beschadigen. Kies daarvoor liever [DISA-
BLE].
De volgende illustraties tonen wat er gebeurt, wanneer
de Overcut-functie in- en uitgeschakeld is.
OVER CUT: DISABLE
Snijlijn
Ga als volgt tewerk om [ENABLE] te kiezen.
A Druk zo vaak op de [MENU]-knop tot de volgende
pagina verschijnt.
UNSETUP
B Druk verschillende keren op [ ].
OTHERS
C Druk op de [® ® ® ® ]-knop. Druk verschillende keren op
[ ].
OVER CUT DISABLE
D Druk op de [® ® ® ® ]-knop. Kies met de [ ]- of [ ]-knop
de [ENABLE]-instelling.
OVER CUT DISABLE
*ENABLE
E Bevestig deze instelling met [ENTER].
Snijgebied
OVER CUT: ENABLE
Snijlijn