5. De schrijfmachinetoetsen
De schrijfmachinetoetsen bestaan uit toetsen met numerieke, alfanumerieke en speciale
tekens. Ze zijn op dezelfde manier gegroepeerd als de toetsen op een gewone schrijfma-
chine.
De <Enter>-toets is aangeduid met een pijl (met een opstaande hoek) die
naar links wijst. Met deze toets bevestigt u vooraf ingevoerde of met de
hand getypte opdrachten.
Gebruik de <Shift>-toets om hoofdletters te typen of om de tekens af te
drukken die boven de toetsen staan (!@# enzovoorts).
Druk éénmaal op de <Caps Lock>-toets om alle tekens als hoofdletters te
typen. Als deze functie is ingeschakeld, licht de bijbehorende LED op. Druk
nogmaals op deze toets om de functie uit te schakelen.
De <Backspace>-toets wist een enkel teken links van de cursor.
Gebruik de <Alt>- en <Ctrl>-toetsen in combinatie met andere toetsen
om sneltoetsen uit te voeren. Als u bijvoorbeeld een Microsoft
besturingssysteem gebruikt, start de toetsencombinatie [Ctrl]+[Alt]+[Del]
het taakbeheer.
Ctrl
In de meeste tekstverwerkers verplaatst de <Tab>-toets de cursor een
bepaalde afstand naar rechts of, als de <Shift>-toets is ingedrukt, naar
links.
Druk de speciale Microsoft
openen.
Gebruik de <Toepassingstoets> om een snelmenu in het actieve pro-
gramma te openen. De <toepassingstoets> heeft in sommige programma's
hetzelfde effect als klikken met de rechtermuisknop.
142
All manuals and user guides at all-guides.com
Druk op <Spatie> om een lege ruimte te typen.
Windows
-toets in om het menu Start te
®
®
Windows
®
®