8
Installatie
Ter vermijding van een ophoping van vochtigheid en vuil binnen in het
apparaat moet de elektrische installatie plaatsvinden onder schone
en droge omgevingsvoorwaarden. De apparaten mogen alleen voor
de uitvoering van de installatiewerkzaamheden geopend worden en moeten
na afsluiting van de werkzaamheden weer zorgvuldig afgesloten worden.
8.1
Kabel- en leidingsinvoeren
Voor de invoer van kabels en leidingen kunnen kabel- en leidingsinvoeren
uit kunststof of metaal voor permanent gelegde leidingen of
X
kabelinvoeren met trekontlasting uit kunststof of metaal voor niet permanent
X
gelegde worden gebruikt.
Voor het afsluiten van ongebruikte invoeropeningen kunnen
afsluitdoppen van kunststof (reeks 8290) of metaal (reeks 8294) worden gebruikt.
X
Er moet op worden gelet dat voor deze componenten een „EG-typekeuringscertificaat"
resp. een „IECEx Certificate of Conformity" beschikbaar is. De beschermingsklasse
conform typeplaatje moet in acht worden genomen.
- De aderaansluiting moet met bijzondere zorgvuldigheid uitgevoerd worden.
- De ader mag bij het afstrippen (bijv. gekerfd) niet beschadigd worden.
- Er moet voor gezorgd worden dat bij het afstrippen de aderisolatie tot aan de klemmen
reikt.
- Door een geschikte keuze van de gebruikte leidingen en door de wijze waarop
deze geplaatst worden, moet ervoor gezorgd worden dat maximaal toegestane
adertemperaturen en de maximaal toegestane oppervlaktetemperatuur
niet overschreden worden.
- De toegestane omgevingstemperatuur aan de ingebouwde apparaten
en componenten mag niet overschreden worden.
Handhaving van de aderaansluiting bij inbouwelementen met schroefklemmen:
Bij inbouwelementen met schroefklemmen kunnen 1 en 2 aders onder een aansluitklem
geïnstalleerd worden. Bij eendradige aders moeten beide aders dezelfde diameter
hebben en uit hetzelfde materiaal bestaan.
Aders kunnen zonder bijzondere voorbereidende maatregelen aangesloten worden.
Handhaving van de aderaansluiting bij inbouwelementen met schroefloze klemmen
(weergegeven als voorbeeld van het contactelement):
204124 / 8040616300
2014-06-18·BA00·III·nl·03
05565E00
05886E00
Commando- en meldingsapparaten
Reeks ConSig 8040
Installatie
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
NL
9