Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Verhelpen Van Storingen - Renkforce 1275335 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Beschikbare talen

Beschikbare talen

All manuals and user guides at all-guides.com

11. Verhelpen van storingen

Met de afvalwaterpomp heeft u een betrouwbaar product verworven dat volgens de nieuwste technische
inzichten vervaardigd werd. Toch kan het tot problemen en storingen komen. Neem daarom de volgende
informatie in acht, over hoe u mogelijke storingen kunt verhelpen.
Afvalwaterpomp zuigt niet aan
• Klap de drie voeten aan de onderkant uit.
• Open een evt. aanwezige sluitkraan aan de drukzijde aangezien de lucht niet uit de leiding of pomp kan
ontsnappen. Beweeg de pomp een beetje heen en weer. Breng evt. water in de slang in. Trek de netstek-
ker kort uit de contactdoos en verbind ze opnieuw.
• Reinig de aanzuigopeningen (vooraf afvalwaterpomp van de netspanning loskoppelen!).
• De waterhoogte is te laag, resp. er wordt ook lucht aangezogen.
De afvalwaterpomp werkt niet of stopt tijdens het gebruik
• Controlleer de stroomtoevoer of de stroomkringzekering en de aardlekschakelaar. Als de aardlekscha-
kelaar is geactiveerd moet u de afvalwaterpomp van de stroomtoevoer ontkoppelen en op schade cont-
roleren (vb. netsnoer).
• Het pompwiel aan de binnenzijde van de afvalwaterpomp is door vuil geblokkeerd. Ontkoppel de afval-
waterpomp van de stroomtoevoer, verwijder de leiding en spoel de binnenkant van de afvalwaterpomp
met water.
• De vlotterschakelaar werd niet correct geplaatst.
• De overtemperatuurbeveiliging is gesmolten. Ontkoppel de afvalwaterpomp van de netspanning en laat
de afvalwaterpomp volledig afkoelen (minimum 30 minuten). Neem de oorzaak voor de overbelasting
weg (vb. watertempertatuur te hoog, te lange droogloop, etc.).
Doorvoerverplaatsing wordt minder, resp. is te laag
• Controleer de aanzuigopeningen op vervuiling.
• De afvalwaterpomp zuigt lucht omdat de aanzuigopeningen niet meer volledig onder water liggen.
• Controleer de bevestiging van de leiding aan de afvalwaterpomp.
• Controleer de leiding op ondichtheden of knikken.
• De doorvoerverplaatsing neemt in principe af, naarmate de opvoerhoogte groter is.
• De leidingsdiameter is te klein, de slang is door vuil verstopt.
Vlotterschakelaar activeert de pomp niet of schakelt deze niet uit
• De vlotterschakelaar werd niet correct geplaatst.
• Bevestig de kabel naar vlotterschakelaar aan de zijde van de kabelklem zodat de vlotterschakelaar bij
het bereiken van een laag waterpeil in vb. een cistern zich correct uitschakelt.
44

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave