Autophone (optie)
Het hoortoestel kan voorzien zijn van een ingebouwde Autophone-functie. Wanneer
het toestel in de buurt van een telefoonhoorn is, zal autophone een telefoonprogramma
activeren. U hoort een aantal signalen zodra het telefoonprogramma is geactiveerd.
Na het beëindigen van het telefoongesprek keert het toestel automatisch terug naar het
voorgaande programma.
Niet alle telefoons kunnen de autophone activeren. Soms
is een speciale magneet op de telefoonhoorn noodzakelijk.
Volg voor het aanbrengen van de magneet de instructies van
uw audicien.
34
WAArsCHUWing
Bij gebruik van een autophone-magneet:
• Houd de magneten buiten bereik van kinderen en huisdieren. Raadpleeg
onmiddellijk een arts bij inslikken van een magneet.
• Draag de magneet niet in een borstzak en houd de magneet altijd op 30 cm afstand
van actieve geïmplanteerde apparatuur zoals pacemakers, defibrillators etc. Gebruik
de telefoon met magneet bij voorkeur aan de tegenoverliggende kant van een
pacemaker of andere actieve geïmplanteerde apparatuur.
• Houd de magneet 30cm weg van creditcards en andere magnetisch gevoelige
voorwerpen.
35