4.4. "Aanwezigheids/afwezigheids"-gevoeligheid
kalibreren
OPMERKING:
Kalibreer de sensor altijd in verband met
veranderingen, zoals een nieuw bed of matras, of als iemand anders
de sensor gebruikt, en nadat de instellingen zijn gewijzigd.
De gevoeligheid om te detecteren of er iemand in bed ligt of niet, wordt
aangepast in de kalibratiemodus.
De persoon die normaal gesproken in bed ligt, moet tijdens de kalibratie minimaal 1 minuut stil
liggen, tot de groene led begint te knipperen met dezelfde snelheid als de blauwe led. De
bedieningseenheid moet op een tafel liggen of aan de muur worden opgehangen. De bedsensor
moet correct onder de matras worden geïnstalleerd.
Druk 3 keer op de SW1-toets om het kalibreren te starten. Vervolgens hoort u 3 series lage en
hoge tonen (ongeveer 'bu-piep', 'bu-piep', 'bu-piep'). De kalibratie duurt 18 seconden. Als de
kalibratie is gelukt, wordt dit bevestigd met nog eens 3 identieke signalen ('bu-piep')4.5.2.
Problemen oplossen tijdens het kalibreren
Een lange pieptoon - De apparatuur heeft niet voldoende signalen voor microbewegingen
geregistreerd en heeft de aanpassingslimiet bereikt. De apparatuur zal niet optimaal werken. Is de
bedsensor correct in het bed geplaatst? Stond de bedieningseenheid in de foutmodus (rode led
knippert niet)? Zo niet: Verhelp het probleem en probeer opnieuw te kalibreren. Indien ja: Draai de
knop twee stappen en probeer het opnieuw.
Twee lange piepen - De apparatuur heeft te sterke signalen geregistreerd en de
aanpassingslimiet bereikt. De apparatuur zal niet optimaal werken. Lag de persoon stil tijdens de
kalibratie? Probeer opnieuw te kalibreren om te zien of de kalibratie de tweede keer beter verloopt.
Als de tweede kalibratie dezelfde foutmelding geeft, zet u de draaiknop twee stappen omlaag en
probeert u opnieuw te kalibreren.
15