7.2
Apparaatstoringen (foutmeldingen)
Een storing in de lasapparatuur wordt weergegeven doordat het controlelampje voor
verzamelstoringen gaat branden en een storingscode (zie tabel) wordt weergegeven op de
display van de besturing. Bij een apparaatstoring wordt de voeding uitgeschakeld.
De weergave van mogelijke foutnummers is afhankelijk van de uitvoering van het apparaat
(interfaces/functies).
•
Houd een documentatie bij van de optredende fouten van het lasapparaat en geef deze zonodig aan
het onderhoudspersoneel.
Foutmelding
E1
E2
E3
E4
E5
E6
E7
E8
E9
E10
E11
E12
099-000156-EW505
17.12.2015
Mogelijke oorzaak
Waterstoring
Treedt alleen op bij aangesloten
waterkoeler.
Temperatuurstoring
Fout in de elektronica
zie "E3"
zie "E3"
Afregelfout van de
spanningsregistratie.
Afregelfout van de
stroomregistratie
Storing van een van de
voedingsspanningen van de
elektronica of te hoge
temperatuur van de lastrafo.
Onderspanning
Secundaire overspanning
Overspanning
VRD (fout
nullastspanningsreductie)
Verhelpen van storingen
Apparaatstoringen (foutmeldingen)
Oplossing
Zorg ervoor dat er voldoende waterdruk kan
worden opgebouwd (bijv. water bijvullen).
Apparaat laten afkoelen.
Apparaat uit- en weer aanzetten.
Blijft de storing bestaan, waarschuw dan de
servicedienst.
zie "E3"
zie "E3"
Apparaat uitschakelen, toorts isoleren en
apparaat opnieuw inschakelen.
Blijft de storing bestaan, waarschuw dan de
servicedienst.
Apparaat uitschakelen, toorts isoleren en
apparaat opnieuw inschakelen.
Blijft de storing bestaan, waarschuw dan de
servicedienst.
Apparaat laten afkoelen. Mocht de
storingsmelding weergegeven blijven worden,
schakel dan het apparaat uit en weer in.
Blijft de storing bestaan, waarschuw dan de
servicedienst.
Schakel het lasapparaat uit en controleer de
netspanning.
Apparaat uit- en weer aanzetten.
Blijft de storing bestaan, waarschuw dan de
servicedienst.
Schakel het lasapparaat uit en controleer de
netspanning.
Servicedienst informeren.
69