Vaatwasmiddelen met chloor bleken het serviesgoed enigszins. Zonder chloor
worden kleurvlekken en randen minder goed verwijderd.
Kies in dit geval voor een afwasprogramma met een hogere temperatuur.
7.5.2. Geconcentreerde vaatwasmiddelen
Afhankelijk van de chemische samenstelling zijn er twee soorten:
•
conventionele, alkalische vaatwasmiddelen met bijtende bestanddelen
•
vaatwasmiddelen met een laag alkaligehalte en natuurlijke enzymen.
Een "normaal" afwasprogramma in combinatie met een geconcentreerd
vaatwasmiddel vermindert de waterverontreiniging en is beter voor het
serviesgoed. Deze afwasprogramma's zijn ontwikkeld om vuil optimaal te
verwijderen en kunnen met een geconcentreerd vaatwasmiddel hetzelfde resultaat
bereiken als een "intensief" programma.
7.5.3. Vaatwastabletten
De verschillende bestanddelen van vaatwastabletten (bijv. bij 3-in-1-tabletten
vaatwasmiddel, glansspoelmiddel en zout) lossen na elkaar op. Door de combinatie
van verschillende bestanddelen is een apart glansspoelmiddel en/of zout niet meer
nodig.
Bij korte programma's is het mogelijk dat grotere vaatwastabletten niet helemaal
oplossen. Let erop dat de tabletten geschikt zijn voor het gekozen afwasprogramma
en neem de aanwijzingen van de fabrikant in acht.
7.6. Vaatwasmiddel toevoegen
GEVAAR!
Gevaar voor brandwonden!
Vaatwasmiddelen zijn chemische producten die
scherpe en bijtende stoffen bevatten.
Houd vaatwasmiddelen buiten bereik van kinderen!
Vóór elk afwasprogramma moet er vaatwasmiddel in het apparaat worden gedaan.
Gebruik altijd slechts zoveel vaatwasmiddel als wordt aangegeven in de tabel in
hoofdstuk "8.6. Spoelprogramma kiezen" op blz. 30.
Voor dit apparaat is er doorgaans minder vaatwasmiddel nodig dan voor een
traditionele vaatwasser. Een eetlepel vaatwasmiddel is over het algemeen
voldoende om een volledige lading serviesgoed af te wassen. Afhankelijk van hoe
vuil het serviesgoed is, kan er ook meer vaatwasmiddel nodig zijn.
Doe het vaatwasmiddel altijd pas in het apparaat vlak voordat u het aanzet, zodat
het poeder niet vochtig wordt en later goed oplost.
Open de deur van het apparaat.
Doe vaatwaspoeder of een vaatwastablet in het met het symbool
gemarkeerde doseervak.
22