HOOFDSTUK 4. NOODPROCEDURE
4.1 NOODWERKING
De bediener is niet in staat de machine te besturen
OMSTANDIGHEID WAARBIJ DE BEDIENER VAN HET PLATFORM
ZICH NIET KAN BEWEGEN OF NIET IN STAAT IS DE MACHINE TE
ACTIVEREN OF TE BESTUREN.
1.
Ander personeel moet de machine activeren middels de
grondbesturing maar enkel indien het strikt noodzakelijk is.
2.
De besturingen van het platform mogen enkel gebruikt worden
door bevoegd personeel aanwezig op het platform.
ONDERBREEK DE ACTIVITEIT VAN DE MACHINE INDIEN DE
BESTURINGEN NIET CORRECT WERKEN.
3.
Er kunnen uitrustingen gebruikt worden om het personeel,
aanwezig op het platform, naar beneden te halen. Het is
mogelijk een kraan of een heftruck te gebruiken om de machine
te stabiliseren.
Platform geblokkeerd in de hoogte
Indien het platform in hoge stand geblokkeerd is of in structuren of
andere uitrustingen is vastgeraakt, moeten de personen aanwezig op
het platform eerst op een veilige plaats gebracht worden alvorens een
poging te doen om de machine te bevrijden.
46
HOOFDSTUK 5. TECHNISCHE GEGEVENS
EN GEWOON ONDERHOUD
5.1 INLEIDING
Dit hoofdstuk van de handleiding levert de bediener de nodige
informatie om te zorgen voor een correcte werking en het gewoon
onderhoud van de machine.
De onderhoudswerkzaamheden moeten uitgevoerd worden door
bevoegd personeel:
- dat de veiligheidsvoorschriften in deze handleiding goed heeft
gelezen en begrepen (zie DEEL 2).
- dat in het bezit is van persoonlijke beschermmiddelen en ze
draagt wanneer het nodig is.
- wanneer de machine volledig is uitgeschakeld (key switch turned
to zero and main red connector under the front cover disconnected)
Elke ingreep die hier vervolgens niet wordt vermeld, moet
beschouwd worden als buitengewoon onderhoud. De reparaties, de
wijzigingen en het buitengewoon onderhoud mogen niet uitgevoerd
worden voor de fabrikant geraadpleegd werd. Deze zal een
schriftelijke toestemming geven naargelang de omstandigheden of
een
ingreep
van
zijn
eigen
voorzorgsmaatregelen worden getroffen omdat verkeerde of niet
geschikte handelingen kunnen leiden tot een afwijkende werking,
schade aan het platform en gevaar voor het personeel. De fabrikant
zal dus niet aansprakelijk kunnen gesteld worden voor schade,
veroorzaakt door de hierboven vermelde handelingen. Alvorens de
machine opnieuw in bedrijf te stellen, moet het volledige systeem
gecontroleerd worden, conform met de startprocedures. Het niet in
acht
nemen
van
deze
voorzorgsmaatregelen
berokkenen aan het personeel en aan het platform.
In dit hoofdstuk bevat het deel inzake het onderhoud enkel
informatie om de bediener bij te staan bij het uitvoeren van
dagelijkse onderhoudsingrepen; dit deel vervangt dus niet het
grondiger Onderhoudsplan, ingehouden in de Handleiding voor
reparatie en onderhoud, dat enkel is voorbehouden voor
gespecialiseerde technici.
technicus
adviseren.
Deze
kan
schade
47