Automatisch Vetsmeersysteem OnePlus
4.4
OnePlus pompunit
4.4.1
Monteren van de pomp
1.
Bepaal in overleg met de opdrachtgever, als dat niet in een voertuig speci-
fieke montage instructie is aangegeven, de plaats waar de pompunit gemon-
teerd moet worden. Houdt er rekening mee dat:
• De pompunit goed bereikbaar is voor het vullen van het reservoir.
• Het niveau in het reservoir afleesbaar is.
• De pompunit is beschermd tegen beschadigen.
2.
Bekijk of voor het vastzetten van de montageplaat gebruik kan worden ge-
maakt van bestaande gaten in het chassis. Is dit niet het geval, dan moeten
gaten geboord worden. Volg altijd de instructies van de fabrikant van het
voertuig. Laat de montageplaat niet rusten op de chassisprofiellens en boor
geen
gaten in de flens om de montageplaat extra vast te kunnen zetten. Let
goed op dat er geen leidingen, luchtketel, e.d. achter de te boren gaten zit-
ten. Verwijder na het boren de spanen met perslucht of een kwast.
3.
Als de montageplaat aan het voertuig wordt vastgelast, moeten ook daar-
voor de instructies van de voertuigfabrikant worden gevolgd.
4.
Zet de montageplaat met de pomp vast op het chassis.
5.
Verwijder de gele/rode transportpluggen uit de vetuitgang en de ontluch-
tingsuitgang van de pomp.
6.
Monteer de wartel en snijring op de vetuitgang van de pomp.
4.5
OnePlus verdeelblokken
4.5.1
Algemeen
De progressieve verdeelblokken zijn altijd voertuig- of machinespecifiek samenge-
steld.
Als de verdeelblokken deel van een kit zijn, dan zijn deze meestal reeds voorzien
van secundaire leidingen en koppelingen voor de primaire vetleidingen naar de
pomp of (hoofd)verdeelblok.
Als de blokken niet behoren tot een kit, of niet alle bovengenoemde onderdelen
reeds voorgeassembleerd zijn, dan moet u de vetleidingen en koppelingen alsnog
op de blokken monteren.
4.5.2
Assembleren van progressieve verdeelblokken
Voordat een verdeelblok geïnstalleerd kan worden, moet het geassembleerd wor-
den. Om een probleemloze inzet te kunnen garanderen dient het assembleren
plaats te vinden in een schone, stofvrije ruimte.
De samenstelling (aantal en type verdeelsegmenten) van een verdeelblok wordt
bepaald door de criteria zoals beschreven in het hoofdstuk "Ontwerpen van een
systeem" in deze handleiding.
1.
Bestudeer eerst de tekening van het te assembleren blok.
2.
Controleer of alle benodigde componenten beschikbaar zijn en controleer of
de koppelingen voor het juiste type secundaire vetleiding beschikbaar zijn.
3.
Begin met het assembleren door het beginsegment (het segment waarop de
primaire vetleiding wordt aangesloten) op de werkbank te leggen met de
aansluitopening van de primaire vetleiding naar beneden gericht.
4.
Stapel de verschillende doseersegmenten op het beginsegment in de volg-
orde als aangegeven op de tekening. Plaats het eindsegment op de stapel.
Zorg dat de openingen van de segmenten met elkaar corresponderen en con-
troleer of alle O-ringen aanwezig zijn tussen alle verdeelsegmenten en of
deze correct zijn geplaatst.
NG1605R01
27
Installatie