Regelaars
1 POWER-indicator
Als het toestel is ingeschakeld, licht de POWER-indicator op.
Indien de POWER-indicator niet oplicht als het toestel wordt ingeschakeld, is
mogelijk het beveiligingssysteem geactiveerd. Controleer in dat geval of er
sprake is van storing of een probleem. Zie <Beveiligingsfunctie> (blz. 7).
2 Verlichting
3 FILTER schakelaar
Met deze schakelaar kunt u een hoogdoorlaat- of laagdoorlaatfilter voor de
luidsprekeruitgangen instellen.
• HPF-stand (hoogdoorlaatfilter):
De filter stuurt hogere frequenties uit dan de frequentie die met de "HPF
FREQUENCY"-regelaar is ingesteld.
• OFF-stand:
De gehele band wordt zonder filter uitgestuurd.
• LPF-stand (laagdoorlaatfilter):
De filter stuurt lagere frequenties uit dan de frequentie die met de "LPF
FREQUENCY"-regelaar is ingesteld.
De luidsprekeruitvoer wordt automatisch omgeschakeld naar mono (L+R).
4 BASS BOOST LEVEL-regelaar
Hiermee stelt u het lagefrequentieniveau in dat moet worden
gecompenseerd.
5 Bediening ingangsgevoeligheid
Stel deze regelaar in overeenkomstig het pre-uitgangsniveau van het op
dit toestel aangesloten middentoestel, of overeenkomstig het maximum
uitgangsvermogen van de origineel bij de wagen geleverde auto stereo-
installatie.
Gebruik het diagram hier rechts ter referentie.
6 LPF FREQUENCY-regelaar
Voor het instellen van de drempelfrequentie wanneer de "FILTER"-schakelaar
op "LPF" is gezet.
7 HPF FREQUENCY regelaar
Voor het instellen van de drempelfrequentie wanneer de "FILTER"-schakelaar
op "HPF" is gezet.
Oplossen van problemen
Problemen worden vaak veroorzaakt door een verkeerde bediening of
verkeerde verbindingen. Controleer voordat u uw handelaar raadpleegt
eerst de volgende lijst voor een mogelijke oplossing van uw probleem.
Geen geluid. (Zekering doorgebrand)
Invoer- (of uitvoer-)kabels zijn ontkoppeld.
✔
Verbind de invoer- (of uitvoer-)kabels.
Het beschermingscircuit is mogelijk geactiveerd.
✔
Controleer de verbindingen aan de hand van <Beveiligingsfunctie>.
Volume is te hoog.
✔
Vervang de zekering en stel het volume lager in.
Het luidsprekersnoer is kortgesloten.
✔
Controleer het luidsprekersnoer, los de oorzaak van de kortsluiting op en
vervang dan de zekering.
Het uitgangsniveau is te laag (of te hoog).
Het ingangsgevoeligheidsniveau is niet juist ingesteld.
✔
Stel de regelaar in zoals beschreven bij <Regelaars>.
De geluidskwaliteit is slecht. (Het geluid is vervormd.)
De luidsprekerkabels zijn verkeerd aangesloten (9 / · verwisseld).
✔
Sluit de kabels juist aan. Let op de 9 en · polen van zowel de kabels als
40W
de aansluitingen.
Een luidsprekerkabel is vastgeklemd door een schroef van de carrosserie.
15W
✔
Sluit de luidsprekerkabel weer aan en zorg dat de kabel niet wordt
afgeklemd.
De schakelaars staan mogelijk niet in de juiste stand.
✔
Druk de schakelaars in de juiste stand aan de hand van <Regelaars>.
Technische gegevens
Audiogedeelte
Maximaal uitgangsvermogen
Nominaal spanningsuitgang (+B = 14,4 V)
Normaal (4 Ω) (20 Hz – 20 kHz , 0,08 % THV) 170 W × 2
Normaal (4 Ω) (DIN : 45324 , +B = 14,4V)
Normaal
Brug-functie (4 Ω) (1 kHz, 0,8 % THV)
Frequentiebereik (+0, –3 dB)
Ingangsgevoeligheid (bij nominaal uitgang)
Ingangsimpedantie
Signaal/ruisverhouding
Laag-doorlaatfilter frequentie (-24 dB/okt.)
Frequentie hoogdoorlaatfilter (-12 dB/okt.)
Versterkingscircuit voor de lage tonen (40 Hz) 0 – +18 dB (variabel)
Algemeen
Bedrijfsspanning
Stroomverbruik
Installatieafmetingen (B × H × D)
Gewicht
* Technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
(2 Ω) (1 kHz, 0,8 % THV)
1000 W (500 W × 2)
170 W × 2
250 W × 2
500 W × 1
5 Hz – 50 kHz
0,2 V – 5,0 V
10 kΩ
100 dB
50 – 200 Hz (veranderlijk)
50 – 200 Hz (veranderlijk)
14,4 V
(11 – 16 V toegestaan)
40 A
350 × 59 × 238 mm
3,2 kg
9
Nederlands