TST
22 Gedeeltelijke opening / tussenstop
P.
[Eenheid]
Stelbereik
P.240
[Incremente
---ww
n]
25 ... 9999
P.241
[%]
---ww
5 ... 95
P.242
[Incremente
---ww
n]
0 ... 2100
P.244
0 ... 4
---ww
FEIG ELECTRONIC
Parameterlijst
Funktie
Positie van de
tussenstop E1
Tussenstoppositie E1
in procent
Positie van de
middelste
vooreindschakelaar
Selectie van de
positie van de
tussenschakelaar
Pagina 53 van 258
Beschrijving/ Notitie
Geeft de afstand tussen de positie van de
tussenschakelaar en de eindpositie Deur DICHT in
incrementen aan.
Als een absolute encoder wordt gebruikt als
eindschakelaar, dan zijn max. 3700 incrementen mogelijk.
Deze parameter stelt de tussenstoppositie in percentage
van de eindpositie in.
De parameterwaarde geeft de afstand naar de middelste
eindschakelaar in incrementen aan.
Met de vooreindschakelaar wordt de remhelling "r2"
geactiveerd. De steilheid van de helling wordt ingesteld met
parameter P.321 of P.322 .
frequentie
Vooreindschakelaar
Openen
midden
Afbeelding 33 Vooreindschakelaar tussenstop
0 = vooreindschakelaar Boven (P.232) wordt gebruikt
De positie van de tussenstop kan met behulp van deze
parameter direct worden ingesteld op typische waarden.
0:
geen tussenstop toegestaan, tussenstop is gelijk
eindpositie deur OPEN
1:
halve deuropening (1/2 van de waarde uit P.230)
2:
2/3 deuropening (2/3 van de waarde uit P.230)
3:
De positie van de tussenstop wordt in de
dodemanmodus ingeregeld.
4:
De tussenstoppositie wordt aangegeven via P.241
(procent van P.230)
De tussenpositie kan niet manueel worden ingeregeld
in de dodemanmodus wanneer de parameter P.253 > 0 is
geparametreerd.
Remhelling r2
P.321 / P.322
P.242
Eindschakelaar
midden
TST FUZ2p-ST V00-01-
04_EDBFT_Niederländisch_Ebene4
FUZ2p-ST
Weg