TST
46 Sluisfunctie
P.
[Eenheid]
Stelbereik
A.830
0000 ...
0301
P.830
0 ... 4
---ww
P.831
0 ... 1
---ww
FEIG ELECTRONIC
Parameterlijst
Funktie
Applicatie sluis
Bedrijfsmodus sluis
Nooduitrit
Pagina 208 van 258
Beschrijving/ Notitie
Met deze parameter wordt de sluisfunctie ingesteld
0000:
Sluis gedeactiveerd
0200:
Comfortabele sluis Slave, commando's worden
doorgegeven
0201:
Comfortabele sluis Master
0300:
Comforabele sluis met doorgangsdetectie via foto-
elektrische sensor, Slave
0301:
Comforabele sluis met doorgangsdetectie via foto-
elektrische sensor, Master
De parameter legt de bedrijfsmodus van de sluis vast
0:
Sluisfunctie gedeactiveerd
1:
Sluismodus 1: sluiswerking wordt geactiveerd door
een OPEN-commando uit de richting 1 (van
buiten).
2:
Net zoals bedrijfsmodus 1, maar een op de eerste
deur aangebrachte foto-elektrische beveiliging
(externe beveiliging B) moet worden gepasseerd
om de sluiswerking te starten
(doorgangherkenning).
3:
Net zoals bedrijfsmodus 1, maar een op de eerste
deur aangebrachte foto-elektrische beveiliging
(externe beveiliging A) moet worden gepasseerd
om de sluiswerking te starten
(doorgangherkenning).
4:
Net zoals bedrijfsmodus 1, maar een op de eerste
deur aangebrachte foto-elektrische beveiliging
(externe beveiliging C) moet worden gepasseerd
om de sluiswerking te starten
(doorgangherkenning)
Voor de doorgangsdetectie moet een foto-elektrische
beveiliging P.5x0 = 5, 14 of 16 en P.5x1 = 0 geactiveerd
worden.
Deze parameter legt vast of de deur na een niet
succesvolle overdracht van de sluis al dan niet weer naar
boven gaat om het verlaten van de sluis mogelijk te maken.
0:
Zonder noodstopbeweging
1:
Met noodstopbeweging
TST FUZ2p-ST V00-01-
04_EDBFT_Niederländisch_Ebene4
FUZ2p-ST