2. Speciale instellingen – Laadmodel staat niet in de lijst of parameters moeten veranderd worden
De wijzigingen in de diverse parameters worden direct na ingave overgenomen. Als er na een verandering - ongeacht bij welke parameter - geduren-
de 15 minuten geen toets wordt ingedrukt, springt het display automatisch op de standaardweergave (afwisselend tijd en buitentemperatuur).
Functionering
De volgende bijzonderheden zijn belangrijk
om de functionering van de EAC 4 te
begrijpen:
•
De voor de berekening van het uitgangs-
signaal gebruikte temperatuur is niet de
actueel gemeten buitentemperatuur maar
een gemiddelde waarde van het ogenblik
met een tendenscomponent;
•
De EAC 4 werkt standaard in de modus
Autosynchronisatie, d.w.z. de loopwerksyn-
Samenwerken van de instellers bij
de EAC 4
E1
-20
-15
-10
-5
100 %
Laadgraad
80
60
40
20
0
-20
-15
-10
-5
Buitentemperatuur (°C)
Toets
LCD-display
INST
M
ca. 3 Sek.
SOND
M
E1
P
- 14
E2
P
18
30
chronisatie met de hoofdvrijgave vindt au-
tomatisch plaats rekening houdend met de
actuele tijd. Het is daarmee niet meer nodig
het aantal uren sinds vrijgavebegin (looptijd)
in te stellen. Bij de eerste ingebruikneming
werkt de besturing tot aan het vasthouden
van de eerste LF-hoofdvrijgave-impuls in de
modus Voorwaartsbesturing, zodat een op-
lading plaatsvindt als in deze tijd een extra
vrijgave volgt.
•
Bij laadmodellen, waarbij bijv. in het
Fabrieksinstellingen:
Laadmodell 1
0
5
10
15
20
25
Streeflaadgraad (warmte-inhoud)
0
5
10
15
20
25
E2
Toets
VR LF LZ KU
P
ED
SH
SYN
VR LF LZ KU
ED
SH
SYN
VR LF LZ KU
ED
–
+
of
SH
° C
SYN
VR LF LZ KU
ED
–
+
of
SH
° C
SYN
E1 = -14 °C
E2 = 18 °C
S = 15 %
Voorbeeld laadkenlijn bij 2 °C buitentemperatuur
100 %
80
60
40
20
0
2
4
6
8
10
Looptijd (uur)
Sel
N/T
E3
Opmerking
installatiemenu – na het activeren van dit menu moeten de parameters „sys" en
„wf" zoals in de basisinstellingen op pagina 29 beschreven ingesteld worden. De
parameter „lm" kan op de aangegeven waarde blijven staan.
sond Speciale instellingen
Vol opgeladen – volgens de volgende formule berekende buitentemperatuur waar-
bij de accumulator helemaal opgeladen wordt. Instelbereik: –25 tot 11 °C
t
(
E
=
ϑ
R
−
F
ϑ
R
−
ϑ
a
1
t
+
t
F
Z F
Laadbegin – de buitentemperatuur waarbij het opladen van de accumulator moet
beginnen (waarde moet minstens 6 °C boven de E1-waarde liggen).
weekend een permanente vrijgave volgt
(Powertherm), bepaalt de EAC 4 uit de vo-
orgaande vrijgavetijden de starttijden voor
de hoofdvrijgave en extra vrijgave. Als de
EAC 4 pas op vrijdag in gebruik genomen
wordt, zodat er geen mogelijkheid is de
vrijgavetijden op te slaan, kan de synchro-
nisatie totmaandagavond duren. Tijdens
deze tijd werkt de besturing in de modus
Voorwaartsbesturing, zodat het opladen
gegarandeerd wordt.
E3 = 7 h
E4 = 0 %
TS = 85 %
12
14
16
18
20 22 24
ULZ
)
ϑR= Streefkamertemperatuur
ϑa= Standaardbuitentemperatuur volgens DIN 4701
t
= Vrijgaveduur
F
t
= Extra vrijgaveduur
ZF
Vol opladen
warmte-
accumulator