verlengsnoer.
– De voedingskabel mag geen contact
hebben met het hete oppervlak van
het product.
– In geval van schade aan de voeding-
skabel dient u contact op te nemen
met de erkende servicemonteur. De
kabel dient dan te worden vervangen
door de erkende servicemonteur.
– De bedrading van het apparaat di-
ent te worden uitgevoerd door de er-
kende servicemonteur. Er dient een
H05VV-F-type voedingskabel te wor-
den gebruikt.
– Defecte bedrading kan het apparaat
beschadigen. Een dergelijke schade
valt niet onder de garantie.
– Het apparaat is ontworpen voor aanslu-
iting op 220-240V ~ indien de voeding
anders is dan de bovenstaande waar-
de, dient u onmiddellijk contact op te
nemen met de erkende servicemonteur.
– De fabrikant verklaart niet aans-
prakelijk te zijn voor elke vorm van
schade en verlies als er niet wordt
voldaan aan de veiligheidsnormen!
– De bedrading van het apparaat dient
te worden uitgevoerd door de erken-
de servicemonteur. Het apparaat is
– ontworpen voor aansluiting op 220-
240V ~. Indien de voeding anders is
dan de bovenstaande waarde, dient
u onmiddellijk contact op te nemen
met de erkende servicemonteur. Dit
apparaat is ontworpen voor gebruik
met een stekker of een directe aans-
luiting op een voeding. Het is nood-
zakelijk een tweepolige schakelaar
te installeren tussen het product en
de stroomvoorziening (voeding), met
een minimale speling van 3 mm tus-
sen de schakelcontacten. (nominaal
20 A en vertraagde werking).
3,4. ALGEMENE WAARSCHU-
WINGEN EN VOORZORGSMAAT-
REGELEN
Uw apparaat is vervaardigd conform
de relevante veiligheidsinstructies voor
elektrische apparaten. Onderhouds- en
reparatiewerkzaamheden mogen alleen
worden uitgevoerd door bevoegde on-
derhoudstechnici die zijn getraind door
de fabrikant. Installatie- en reparatiewerk
dat wordt uitgevoerd zonder de regels in
acht te nemen kan gevaarlijk zijn.
Tijdens het gebruik van uw apparaat
worden de buitenoppervlakken heet.
De elementen die het binnenoppervlak
van de oven verwarmen en de stoom
die uit de oven kan komen, zijn extreem
heet. Deze delen van het apparaat blij-
ven gedurende een bepaalde tijd heet,
zelfs als het apparaat uitgeschakeld is.
Raak de hete oppervlakken nooit aan.
Houd kinderen op afstand.
Om eten te bereiden in uw oven, dienen
de ovenfunctie en temperatuurinstellin-
gen aangepast te worden en de oventi-
mer dient geprogrammeerd te worden.
Anders functioneert de oven niet.
Plaats niets op de ovendeur als deze ge-
NL - 9