4.2. Spanningsdetector zonder contact
Gevaar voor elektrische schok. Voordat u het toestel gebruikt, dient u de
spanningstester te testen op een gekend circuit onder spanning om de correcte
1. Zet de functieschakelaar in een willekeurige positie.
2. Plaats de detectorprobepunt op de te testen geleider.
3. Bij aanwezigheid van AC spanning zal het rode detectorlampje vast oplichten.
NOOT: Geleiders in elektrische kabelsets zijn vaak getwist. Voor een optimaal
resultaat, de probepunt langsheen de kabel bewegen om de punt zo dicht mogelijk
bij de geleider onder spanning te houden.
NOOT: De detector werd ontwikkeld met een hoge gevoeligheid. Statische
elektriciteit of andere energiebronnen kunnen de sensor willekeurig activeren. Dit is
normaal.
4.3. Meten van AC/DC stroom
Ontkoppel de meetsnoeren voordat u een meting gaat uitvoeren.
1. Plaats de functieschakelaar op 1000A AC/DC.
2. Selecteer AC of DC met de MODE toets.
3. Druk op de trigger om de stroombek te openen en
omsluit één geleider.
4. De waarde wordt uitgelezen.
5. Als de waarde lager is dan 50A, plaats de
schakelaar op 50A AC/DC voor een betere resolutie.
DCA Zero
Hiermee annuleert men de offsetwaarden en verbetert
men de nauwkeurigheid voor DC stroommetingen. Voor
een nulinstelling (zonder een geleider te omsluiten),
selecteer ADC en druk op MODE ZERO gedurende 2
tonen. Het display duidt nul aan. De offsetwaarde wordt opgeslagen en afgetrokken
van elke verdere meting.
Frequentie
Bij ACV selectie kan men de gemeten frequentie op het onderste scherm bekijken.
WAARSCHUWING:
werking te controleren.
WAARSCHUWING:
7