Inhoudsopgave
Advertenties
4.8. µA DC/AC stroommeting
1. Schuif de ingangsafsluiter omhoog.
2. Draai de functieschakelaar op µA.
3. Druk op MODE om AC of DC te selecteren.
4. Verbind de zwarte banaanstekker met de negatieve COM
klem en de rode banaanstekker met de positieve µA klem.
5. Schakel de stroom uit naar het te testen circuit en
onderbreek het circuit.
6. Verbind de stroomtang in serie met het circuit. Raak met
de zwarte testprobepunt de negatieve zijde van de
onderbreking aan en met de rode testprobepunt de
positieve zijde van de onderbreking.
7. Schakel de stroom weer aan.
8. De stroomwaarde wordt weergegeven.
4.9. Temperatuurmeting type K
1. Schuif de ingangsafsluiter omlaag.
2. Draai de functieschakelaar op TYPE K temperatuur.
3. Druk op MODE voor selectie °F of °C.
4. Verbind de temperatuurprobe(s) met de stopcontacten T1
en/of T2 type K.
5. Plaats de temperatuurprobepunt(en) daar waar nodig.
6. De temperatuurwaarde wordt weergegeven.
7. Druk op T1-T2 om de combinaties te overlopen:
Bovenste display
a) T1
b) T2
c) T1-T2
d) T1-T2
Noot: bij een open ingang of bij overschrijding van het temperatuurbereik, is de
uitlezing "----".
Data Hold
Druk op HOLD om de uitlezing vast te houden. Als deze functie
geactiveerd is, verschijnt het bericht HOLD. Druk nogmaals op
HOLD om de normale modus te hernemen.
MAX/MIN
1. Druk op MAX/MIN om de MAX/MIN registreermodus te
activeren. Het bericht MAX wordt weergegeven. De
registratie begint en de maximumwaarde verschijnt.
2. Druk op MAX/MIN; het bericht MIN verschijnt. De
minimumwaarde die gemeten werd tijdens een
registratiesessie wordt weergegeven.
Onderste display
T2
T1
T1
T2
11
Advertenties
Inhoudsopgave
