X
De voertuiginstellingen oproepen
Y
(
pagina 30).
X
Automatisch spiegels inklappen
teren door draaien en indrukken van de con-
troller.
De functie wordt afhankelijk van de vorige
stand in- of uitgeschakeld.
Meer informatie (zie de handleiding van het
voertuig).
Zoekverlichting in- of uitschakelen
Zoekverlichting
Als de functie
schakeld, wordt in het donker de exterieurver-
lichting gedurende korte tijd ingeschakeld. De
verlichtingsschakelaar moet daarbij op Ã
staan (zie de handleiding van het voertuig).
De exterieurverlichting brandt gedurende
40 seconden na het ontgrendelen. Als de motor
wordt gestart, wordt de zoekverlichting gedeac-
tiveerd en het automatisch rijlicht geactiveerd
(zie de handleiding van het voertuig).
X
De voertuiginstellingen oproepen
Y
(
pagina 30).
X
Zoekverlichting
selecteren door draaien
en indrukken van de controller.
De functie wordt afhankelijk van de vorige
stand in- of uitgeschakeld.
Meer informatie (zie de handleiding van het
voertuig).
Automatische vergrendeling in- of uit-
schakelen
Wanneer de automatische vergrendeling is inge-
schakeld vergrendelt het voertuig automatisch
als de ontsteking is ingeschakeld en het voer-
tuig sneller dan stapvoets rijdt.
X
De voertuiginstellingen oproepen
Y
(
pagina 30).
X
Automatische vergrendeling
door draaien en indrukken van de controller.
De functie wordt afhankelijk van de vorige
stand in- of uitgeschakeld.
Meer informatie (zie de handleiding van het
voertuig).
Uitschakelvertragingstijd
Uitschakelvertragingstijd interieurver-
selec-
lichting instellen
Bij het verwijderen van de sleutel uit het con-
tactslot gaat de interieurverlichting branden
gedurende de looptijd van de uitschakelvertra-
ging.
X
De voertuiginstellingen oproepen
Y
(
pagina 30).
X
Uitschakelvertraging interieurver‐
licht.
van de controller.
wordt inge-
Het instelelement is actief.
X
Gewenste uitschakelvertragingstijd voor de
verlichting selecteren door draaien van de
controller.
Meer informatie (zie de handleiding van het
voertuig).
Uitschakelvertragingstijd exterieurver-
lichting instellen
Als de functie
tenverlichting
het afzetten van de motor de exterieurverlich-
ting gedurende korte tijd ingeschakeld. De ver-
lichtingsschakelaar moet daarbij op à staan
(zie de handleiding van het voertuig).
De exterieurverlichting brandt gedurende
60 seconden na het afzetten van de motor. Wan-
neer alle deuren en de achterklep worden geslo-
ten, dooft de exterieurverlichting na afloop van
de ingestelde tijd.
X
De voertuiginstellingen oproepen
Y
(
pagina 30).
X
Uitschakelvertraging buitenverlich‐
ting
van de controller.
Het instelelement is actief.
X
Door draaien van de controller de gewenste
uitschakelvertragingstijd voor de verlichting
selecteren
selecteren.
Meer informatie (zie de handleiding van het
voertuig).
Voertuiginstellingen
selecteren door draaien en indrukken
Uitschakelvertraging bui‐
wordt ingeschakeld, wordt bij
selecteren door draaien en indrukken
31